Uw blauwdruk voor een verbouwing! Nieuws en Tips voor verbouwing

Inhoudsopgave

1. Voorwoord
2. Definities
3. Inleiding
4. Wat is uw blauwdruk voor de verbouwing
5. De uitvoering
6. Dienstverlening Stukadoorsbosch
6.1. Samenwerken met VVE
7. Waarop te letten bij de verbouwen
7.1 Verbouwing en vergunningen
7.2 Verbouwing en wet- en regelgeving
7.2.1. Wet arbeid vreemdelingen
7.2.2. Wet Ketenaansprakelijkheid
7.2.3. Wet arbeid zwartwerken
7.2.4. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)
7.2.5. Woningwet
7.2.6. Bouwbesluit
7.3 Handhaving
7.3.1. Handhaving op tijdelijke locaties
7.3.2. Niet- ernstige overtredingen
7.3.3. Recidive niet-ernstige overtredingen
7.3.4. Recidive ernstige beboetbare feiten
7.3.5. Handhaving bij klachten en ongevallen
7.3.6. De bedrijfsinspectie
7.3.7. De werknemersverplichtingen
7.3.8. Algemene informatie Arbeidsinspectie
7.4 Bezwaar en beroep
7.5 Verbouwing en het contact met de aannemer
7.6 Verbouwing en websites
7.7 Handige tips voor verbouwing
8. Afwerking: algemeen
9. Financieel
10. Stukadoors
11. Pleisterwerk
12. Schilderen
13. Vloeren
14. Binnenschrijnwerk
15. Voorbeeldbrieven
1. Herstel of vervanging van ondeugdelijk product
2. Betaling onder protest
3. Herstel of vervanging van ondeugdelijk product binnen de garantieperiode
4. Ontbinding koop vanwege onmogelijkheid tot herstel/vervanging van het
product
5. Niet akkoord bijbetaling bij reparatie ondeugdelijk product
6. Overschrijden levertijd

Bijlagen
1. Tekst: Illegale arbeid
2. Tekst: VVE

1) Voorwoord:
Deze tekst is vooral van toepassing op opdrachtgevers die op het punt staan illegale personen in dienst te nemen of tewerk te stellen. In de bijlage treft u een artikel aan wat de gevolgen kunnen zijn indien u met zwartwerkende organisaties in zee gaat.
In deze blauwdruk wordt in het eerste gedeelte in het algemeen ingegaan op hetgeen er komt kijken bij het uitvoeren van een verbouwing. De gevaren en risico’s van het zwartwerken vormen de rode draad van deze blauwdruk. Het feit dat de opdrachtgever (werkgever) de verantwoordelijkheid heeft om het personeel van het bedrijf dat zwart werkt te controleren leiden tot de conclusie dat zwart werken ten zeerste moet worden afgeraden. Het accent ligt hier op de wet- en regelgeving alsmede op de handhaving ervan.
In het tweede gedeelte wordt specifiek ingegaan op het afwerken. Dit is het specialisme van Stukadoorsbosch gespecialiseerd.

2 Definities

• Werkgever: Volgens de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) bent u werkgever als u een ander arbeid laat verrichten om uw beroep of bedrijf uit te oefenen. Onder dit begrip vallen dus ook bedrijven, overheidsinstellingen en personen die een ander feitelijk voor zich laten werken. Het begrip werkgever in de Wav wijkt af van hetgeen gebruikelijk wordt geacht in het administratief- of civielrecht.

Onder het begrip vallen:
o degene bij wie de arbeid feitelijk wordt verricht (inhuren/inlenen)
o degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt (bijv. uitzendbureau, loonbedrijf)
o een opdrachtgever
o een hoofdaannemer
o een (onder)aannemer
o een freelancer/zelfstandige (in een aantal gevallen)
o een natuurlijke persoon die een ander huishoudelijke of persoonlijke diensten laat verrichten
o een buitenlandse werkgever

• vreemdeling: Voor de Wet arbeid vreemdelingen en Vreemdelingenwet is dit iedereen die niet de Nederlandse nationaliteit heeft of die als zodanig wordt aangemerkt (onder de laatste categorie vallen de Molukkers).
• Tewerkstellingsvergunning (TWV)
Een TWV is een door het Bureau Juridische Zaken van de Centrale Organisatie Werk en Inkomen (gevestigd in Zoetermeer) afgegeven vergunning aan een werkgever om een bepaalde vreemdeling, in een bepaalde periode, bepaalde arbeid te laten verrichten in Nederland. De vergunning kan voor maximaal 3 jaar worden afgegeven.
Op de TWV staat vermeld:
* de naam van de werkgever die hem heeft aangevraagd
* de naam van de vreemdeling
* het vergunningnummer
* de geldigheidsduur
* de werkzaamheden die verricht mogen worden
* bij wie of waar deze verricht mogen worden
• Illegale arbeid: Onder illegale arbeid wordt verstaan het te werkstellen van illegalen of anderszins vreemdelingen die niet gerechtigd waren in Nederland arbeid te verrichten zonder dat u als werkgever in het bezit bent van een tewerkstellingsvergunning voor die vreemdelingen.

3 Inleiding

Particulier
Samen met partner en kinderen heeft u een goed leven. De kinderen presteren goed op school en u en uw partner hebben twee goede, drukke banen. Dit alles kost u veel energie en geeft tegelijkertijd ook veel voldoening.

U heeft een woning waarin het goed toeven is en dat u niet zo snel wilt verlaten. Maar toch wringt er iets. U heeft nog niets verandert aan het huis of het is al een tijdje geleden dat u wat aan het huis gedaan heeft. Hoe langer u hierover nadenkt hoe meer uw handen beginnen te jeuken. “Een nieuwe badkamer lijkt me wel wat” of “Ik wil een grotere kamer laten we maar een kleine kamer slopen”.
Zo zijn er nog veel meer veranderingen te bedenken.

Samen met uw partner bespreekt u de plannen en u allebei worden steeds enthousiaster. Dit gevoel wordt steeds groter en op een gegeven ogenblik hakt u de knoop door en maakt u concrete plannen. Hierdoor ontstaat uw eigen blauwdruk voor de verbouwing.

Onderneming

U bedrijf is aan het groeien. De zaken floreren, de medewerkers voldoen aan de verwachtingen en het werk neemt toe. Het gevolg is dat uitbreiding op diverse fronten noodzakelijk is. Dit vergt forse investeringen. Gezien de economische situatie bent u hier enigszins huiverig voor en wilt daardoor goede keuzes maken waarin u gaat investeren. De optie van een nieuw, groter pand valt af, dat is op voorhand al kostbaar. Een uitbreiding van het personeelsbestand ligt meer voor de hand maar dat brengt ook diverse onoplosbare problemen met zich mee. Dan rest u slechts één mogelijkheid en dat is een verbouwing van het bestaande pand dat u samen kan trekken met een gedeelte van een vrijstaande naastgelegen bedrijfsruimte.
Dit idee groeit en zo ontstaat voor u de verbouwingsblauwdruk.

4. Wat is uw blauwdruk voor de verbouwing?

Deze wordt opgebouwd uit een combinatie van gedachten, gevoelens en handelingen. Gedachten komen voort uit hetgeen u waarneemt in uw directe omgeving. Dit kan heel veel zijn, denk maar eens aan de mensen in de directe omgeving die hun blauwdruk al hebben gerealiseerd maar denk ook aan de nieuwe life style die zich manifesteert in veel opzichten zoals nieuwe gebouwen met een speciale architectonische structuur. Bovendien leest u veel over de verbouwing en kijkt u regelmatig naar programma’s op de televisie.

Dit doet gevoelens bij u ontstaan. U vraagt zich af of u zelf in staat bent om de verbouwing te realiseren maar ook vraagt u zich af wat u er voor over heeft en of het allemaal de moeite waard is.
Deze gevoelens werpt u terug naar de omgeving waarin u bent opgegroeid. Niet iedereen is geconfronteerd geworden met een cultuur waarin het vanzelfsprekend is dat alles zoveel mogelijk zelf gedaan wordt. Wel komt u diverse invloeden tegen die uw keuze bepalen voor het al dan niet zelf verbouwen van de woning. Als u het niet zelf doet laat u dan de verbouwing door een erkende onderneming doen of gaat u de zwarte markt op?

Voor ondernemingen geldt in grote lijnen hetzelfde. Bij het rijpen van het idee tot een verbouwing ontmoet u diverse, leuke en architectonisch aantrekkelijke opties. U gaat graag met de tijd mee, sterker nog u wilt een trendsetter worden en iets geheel nieuws aanbrengen. Ook u komt de diverse invloeden tegen die uw beslissing kunnen gaan beïnvloeden. U laat de verbouwing uitvoeren door een externe onderneming.
Maar de keus is nu: doet u het door een erkende onderneming of gaat u ook de zwarte markt op?

Zowel de particulier als de ondernemer wordt afgeraden om dit werk door zwarthandelaren uit te laten voeren. In het volgende hoofdstuk wordt hier uitvoerig op ingegaan.

5. De uitvoering
De opdrachtgever is altijd verantwoordelijk voor het personeel dat werkt voor bijvoorbeeld de aannemer. Dat betekent dat hij goed op de hoogte moet zijn van de relevante wet- en regelgeving, denk hierbij aan tewerkstelingsvergunningen.

Daarnaast zijn de levertijdbepalingen en de bepalingen van het meer- en minderwerk van enorm belang. Als u dit van tevoren niet goed geregeld is dan krijgt u achteraf veel problemen. Indien de uitvoerder niet met bankgaranties wil werken en/of geen arbitrage accepteert dan weet u vooraf al eigenlijk genoeg.

Laat u niet verleiden door gladde praatjes of laat u niet intimideren resp. overbluffen.

Daarnaast kunt u ook rekeningen houden met problemen als u onderstaande zaken niet goed geregeld heeft: afwerking, financiering, hoge rekeningen, meerwerk, stelposten, opleveringsgebreken, vochtproblemen, muren verwijderen, algemene voorwaarden veiligheid, verhuurbaarheid van de woning, isolatie

De conclusie luidt dan ook dat er zoveel bij komt kijken dat het niet verantwoord is om de verbouwing door een bedrijf dat zo goedkoop mogelijk tracht te werken, te laten uitvoeren.

6 Dienstverlening van Stukadoorsbosch
Houdt u van vakwerk? Bundel dan uw krachten met Stukadoorsbosch. Wij helpen u graag een hand(je) met stukwerkzaamheden, schilderen en ander onderhoudswerk en doen dit snel, vakkundig en foutloos! Bosch garandeert u een optimale service!Wat dacht u van: pleisterwerken binnen en buiten, schilderen en behangen, radiatoren verwijderen, slopen en restaureren en gipsplaten aanbrengen?

Om het voor u nog aantrekkelijker te maken om met Stukadoorsbosch in zee te gaan bieden wij u een korting aan van 200 euro! Bestelt u voor €1475 of meer dan krijgt u gedurende drie maanden deze korting! Dit geldt voor de diensten van Stukadoorsbosch in Rotterdam en directe omgeving.

Ook kan Stukadoorsbosch zorgen voor uw relatiegeschenk! Met de Bosch cadeaubon kunt u uw relaties verblijden en attenderen op de professionaliteit van de dienstverlening van Stukadoorsbosch. De bon bestaat al met een waarde van €50 euro en is een heel jaar geldig!

Indien u met Stukadoorsbosch in zee gaat heeft u veel minder zorgen omtrent hetgeen hierboven vermeld is en wat hierna volgt! Neem gerust een kijkje op de website: www.stukadoorsbosch.nl en vraag meteen een gratis, vrijblijvende offerte aan!

6.1. Samenwerking met VVE

Stukadoorsbosch streeft naar een goede samenwerking met de Vereniging van Eigenaren van woningen en appartementcomplexen.
Naast het dagelijkse onderhoud is het verplicht, dat een VvE anticipeert op toekomstig (groot) onderhoud. Op basis van een meerjarenonderhoudsplan kan inzichtelijk gemaakt worden wat de kosten in de toekomst zullen zijn. Aan de hand van dit plan dient een reservefonds te worden aangelegd, waaruit op termijn het (groot) onderhoud kan worden betaald. Een goed onderhouden complex zorgt ervoor dat de waarde en de verkoopprijs van de appartementen zo gunstig mogelijk blijft. Natuurlijk is het ook prettiger wonen in een goed onderhouden appartementencomplex.
Stukadoorsbosch kan hieraan een belangrijke bijdrage leveren!

7 Waar op letten bij de verbouwing?

Wist u dat:
- u het beste tijdig overleg kan voeren met uw buren
- u heel goede afspraken moet maken met de aannemer
- u deze afspraken schriftelijk moet vastleggen?
- u de financiering tijdig rond moet hebben?
- u voor de externe financiering veel papieren moet invullen
- u bij het in contracttreden met derden altijd moet letten op de gehanteerde algemene
voorwaarden

7.1 Verbouwing en vergunningen

U vraagt de nodige vergunningen aan. Sinds 1 oktober 2010 is het mogelijk dat u slechts 1 omgevingsvergunning nodig heeft.
De regelgeving hieromtrent heeft betrekking op drie verschillende soorten bouwwerken:

1) De vergunningvrije bouwwerken

2) Bouwwerken waarop de reguliere procedure van toepassing is: denk aan het plaatsen van een dakkapel. Deze procedure duurt acht weken en kan 1x worden verlengd met 6 weken.

3) Bouwwerken waarop de uitgebreide procedure van toepassing is.
Indien de verbouwing betrekking heeft op een pand met een officiële status van monument dan heeft u altijd een omgevingsvergunning nodig. U wordt aangeraden om u zich vooraf goed te laten informeren door de gemeente. Als u besluit door te zetten dan heeft u de volgende gegevens nodig bij de aanvraag

1. De plattegronden van iedere verdieping van het bouwwerk;

2. Aanduiding van de bestemming van de ruimten en gebouwen waarvoor u de aanvraag doet;

3. Lengte- en dwarsdoorsneden;

4. Alle gevelaanzichten, hoogte van het bouwwerk;

5. Principedetails, dat wil zeggen gegevens over het uiterlijk van het gebouw.

Om toetsing mogelijk te maken moet u de gevraagde tekeningen van zowel de huidige situatie als de gewenste situatie leveren. U kunt uw gegevens, tekeningen en formulieren ook elektronisch opsturen. Voor de bestanden die u aanlevert, gelden de volgende voorwaarden:

• Algemene gegevens, rapportages en berekeningen levert u aan in PDF, HTML of een ander gelijkwaardig formaat.

• Tekeningen levert u aan in DXF, TSA, CCD of een ander gelijkwaardig formaat.

• Als de tekeningen niet los zijn te zien van de berekeningen, levert u de gegevens aan in TSA, CCD of een ander gelijkwaardig formaat.

• De gegevens moeten 'alleen lezen' ('read-only') zijn.

Voor de volgende gevallen heeft u een omgevingvergunning nodig: voor aanleggen, slopen, ontheffingen bestemmingsplan, bouwen, monumenten, lozen afvalwater, uitweg, inrit, alarminstallatie aanleggen, kappen, milieu en reclameuitingen. Voor meer informatie over de benodigde vergunningen en om de aanvraag in te kunnen dienen kunt via Internet de site van OLO (www.omgevingsloket.nl) raadplegen

7.2 Verbouwen en wet- en regelgeving

7.2.1 Wet arbeid vreemdelingen

Mensen met een andere nationaliteit dan de Nederlandse mogen niet zonder meer in Nederland werken. De Wet arbeid vreemdelingen (Wav) regelt de tewerkstelling van vreemdelingen op de Nederlandse arbeidsmarkt. Vreemdelingen hebben alleen toegang tot die arbeidsmarkt als er onvoldoende aanbod is van werknemers uit de zogenaamde landen van de Europese Economische Ruimte (EER) of dat zij tot bepaalde categorieën behoren die niet vallen onder de werkingssfeer van de Wav.
Het doel van de Wav is het bestrijden van illegale tewerkstelling. Werkgevers die illegaal arbeid laten verrichten dragen meestal geen belasting en sociale premies af. Daardoor besparen ze op hun kosten en ontstaat oneerlijke concurrentie.

Wie mogen er in Nederland alleen werken met een tewerkstellingsvergunning (TWV)?
De volgende personen mogen arbeid voor u verrichten, mits u in het bezit bent van een TWV:
* vreemdelingen die in het bezit zijn van een verblijfsvergunning waarop de achterzijde staat vermeld: "Arbeid niet vrij toegestaan. De werkgever dient in het bezit te zijn van een tewerkstellingsvergunning"
* vreemdelingen die in het bezit zijn van een elektronisch W-document;
* vreemdelingen met een nationaal paspoort met daarin een aantekening (aanmeldsticker) waarin staat aangegeven dat "arbeid is toegestaan. Een tewerkstellingsvergunning is wel vereist"
Voor meer informatie omtrent de gerechtigheid van arbeid kunt u terecht in de rubriek "Arbeid van" op de startpagina vreemdelingenarbeid.nl.
Hoe kan ik als werkgever zien of een vreemdeling in Nederland mag werken?
Op hoofdlijnen kunt u dat als volgt.
Vreemdelingen van buiten de Europese Economische Ruimte (EER) zijn in principe in het bezit van een verblijfsdocument (verblijfsvergunning) waarop de gerechtigheid van arbeid vermeld staat. Indien u het document op oorsprong, juistheid en echtheid heeft beoordeeld, kunt u aan de hand van het lezen van de tekst de gerechtigheid beoordelen.
Voor EER-onderdanen, hun partners en gezinsafhankelijke kinderen is dit lastiger. U moet immers, onder andere door een paspoort of identiteitskaart op oorsprong, juistheid en echtheid te beoordelen, tot de conclusie komen dat iemand EER-onderdaan, partner of gezinslid is. Mocht de controle positief voor u uitvallen, kunt u iemand zonder beperkingen arbeid laten verrichten.
Asielzoekers, die houder zijn van een elektronische W-document (registratiekaart), mogen 12 weken per 52 weken arbeid verrichten indien een werkgever in het bezit is van een tewerkstellingsvergunning (TWV).
De asielzoeker zal aan de aanvragende werkgever een zogenaamde COA-verklaring moeten overleggen waarna een aanvraag kan worden ingediend.
De volgende personen mogen zonder beperkingen arbeid voor u verrichten:
* onderdanen met de Nederlandse nationaliteit
* onderdanen uit lidstaten van de Europese Economische Ruimte (EER)
* partners en gezinsafhankelijke kinderen van EER–onderdanen, ook al bezitten zij zelf niet een nationaliteit van één van de EER-lidstaten;
* Vreemdelingen in het bezit van een verblijfsvergunning waarop de achterzijde staat vermeld: "Arbeid is vrij toegestaan, een tewerkstellingsvergunning is niet vereist"
* onderdanen uit Zwitserland

7.2.2 Wet Keten Aansprakelijkheid

De Wet Keten Aansprakelijkheid geldt voor die ondernemers die als hoofdaannemer werkzaam zijn. Om betere waarborgen te scheppen voor de inning van premies en belasting bij onderaanneming heeft de werkgever een wet in het leven geroepen, die in de wandeling de Wet Keten Aansprakelijkheid wordt genoemd. De aannemer is hoofdelijk aansprakelijk voor de premies en de belastingen die de onderaannemer en zijn onderaannemers verschuldigd zijn tijdens het verrichten van werkzaamheden die door de aannemer zijn opgedragen. Natuurlijk is ernaar gestreefd om het risico voor de aannemer zoveel mogelijk te beperken.

7.2.3. Wet Arbeid Zwartwerker

Website: www.vreemdelingenarbeid.nl

Voor het tewerkstellen van buitenlandse werknemers is in Nederland in veel gevallen een vergunning nodig, de zogenoemde tewerkstellingsvergunning. Dit wordt geregeld in de Wet arbeid vreemdelingen (Wav). Momenteel geldt de vergunningsplicht niet voor werknemers uit andere EU-landen (behalve Roemenië en Bulgarije), en ook niet voor werknemers uit landen die lid zijn van de Europese Vrijhandelsassociatie EVA: Zwitserland, Liechtenstein, Noorwegen en IJsland. Voor werknemers afkomstig uit alle andere landen dient dus een vergunning te worden aangevraagd, alvorens de werknemer in Nederland aan de slag mag gaan. Zonder tussenkomst van de rechter kan een boete worden opgelegd.

Wanneer krijg ik een boete voor illegale arbeid?

U kunt globaal tijdens 2 situaties uiteindelijk een boete krijgen.
1. Is er sprake van illegale arbeid, dan hebt u een economisch delict begaan. De Arbeidsinspectie maakt in dat geval proces-verbaal op. De Officier van Justitie kan u vervolgens een transactievoorstel doen. Wijst u dit af, dan wordt u gedagvaard. De zaak wordt dan voorgelegd aan de economische politierechter. Acht deze de overtreding bewezen, dan kan de rechter een boete opleggen van maximaal € 11.250,-- per vreemdeling en onvoorwaardelijke hechtenis van een maand.
2. Als tijdens een controle blijkt dat uw identiteitsadministratie niet in orde is, dan is er mogelijk ook sprake van een overtreding van de Wet arbeid vreemdelingen. Dat kan bijvoorbeeld als er geen kopieën van identiteitsbewijzen van vreemdelingen aanwezig zijn in uw administratie. De controlerende ambtenaar kan dan een proces-verbaal opmaken, waarna de gewone rechtsgang in werking treedt.

Controle Arbeidsinspectie

De Arbeidsinspectie controleert en bij constatering van overtredingen worden forse boetes opgelegd zonder tussenkomst van de rechter

Begrip werkgever.

Let op! Wie niet zelf de werkgever is, kan toch met boetes geconfronteerd worden. Worden werknemers ingehuurd via een uitzendbureau en blijkt er geen tewerkstellingsvergunning te zijn, dan kan zowel aan het uitzendbureau als aan de inlener een boete worden opgelegd. Dit geldt ook bij aannemers en onderaannemers; heeft de onderaannemer een werknemer in dienst zonder tewerkstellingsvergunning, dan kan de boete tevens aan de hoofdaannemer worden opgelegd.
De Raad van State stelt zich op het standpunt dat diegene die een vreemdeling feitelijk arbeid laat verrichten een vergunningplichtige werkgever is en dat deze werkgever te allen tijde verantwoordelijk is voor en aanspreekbaar op het al dan niet aanwezig zijn van de benodigde tewerkstellingsvergunning. Of sprake is van een arbeidsovereenkomst of gezagsverhouding is daarbij niet relevant. Het feit dat in opdracht of ten dienste van een werkgever arbeid wordt verricht is voor het feitelijk werkgeverschap reeds voldoende.

Plichten werkgever (opdrachtgever)

Als werkgever (opdrachtgever) dient u de identiteit van het personeel te controleren bij indiensttreding aan de hand van een geldig identiteitsbewijs, overeenkomstig artikel 1 van de WID en een kopie van dit bewijs te bewaren bij de loonadministratie. Ook dient u er voor te zorgen dat het personeel op de werkvloer zich kan identificeren, dit geldt ook voor uitzendkrachten en stagiaires.
Ten aanzien van vreemdelingen heeft u de volgende verplichtingen:
*U dient zelf te verifiëren of de aanstaande werknemer de persoon is zoals vermeld op zijn identiteitsbewijs als bedoeld in de Wet op de identificatieplicht (Wid). Bij vreemdelingen levert een onvoldoende verificatie een overtreding van bepalingen van de Wav op, hetgeen kan leiden tot een sanctie.
* U dient een kopie van het identiteitsbewijs van de werknemer gedurende 5 jaar in de administratie te bewaren. Bij vreemdelingen levert het ontbreken een overtreding van bepalingen van de Wav op, hetgeen kan leiden tot een sanctie.
* Bij vreemdelingen dient u bij aanvang van de dienst een kopie van het identiteitsbewijs te sturen naar de feitelijke werkgever (daar waar het werk wordt verricht).

Ten aanzien van vreemdelingen die arbeid in dienst van een ander verrichten heeft u de volgende verplichtingen:

*U dient zelf bij aanvang van de werkzaamheden te verifiëren of de vreemdeling de persoon is zoals vermeld op zijn identiteitsbewijs, als bedoeld in de Wet op de identificatieplicht (Wid), en overeenkomstig het door de formele werkgever toegezonden kopie van het identiteitsbewijs. Bij het uitblijven van toezending van een kopie door de formele werkgever, moet u zelf reageren. U mag geen afwachtende houding aannemen.
* U dient een afschrift van het identiteitsbewijs van de vreemdeling gedurende 5 jaar in de administratie te bewaren. Deze bepaling is niet afhankelijk van de duur van de werkzaamheden door de desbetreffende vreemdeling.
De vreemdelingen zijn globaal te verdelen in 3 categorieën:
1. vreemdelingen in het bezit van een verblijfsvergunning van Nederland of een paspoort uit het land van herkomst met daarin een aanmeldsticker van de IND, dat genoemde vreemdeling in een procedure van aanvraag tot verblijf is verwikkeld.
Afhankelijk van het doel van verblijf kunnen er beperkingen worden opgelegd, die op de achterzijde van de verblijfsvergunning staan vermeld.

2. vreemdelingen die onderdaan zijn van één van de landen van Europese Economische Ruimte (EER, te weten landen van de Europese Unie aangevuld met Noorwegen, Liechtenstein en IJsland) van voor 1 mei 2004 hebben vrij toegang tot Nederland om er te wonen of te werken en hoeven zich niet te melden bij de IND. Deze meldplicht bestaat wel voor EER-onderdanen indien zij op zoek gaan naar arbeid. Beoordeelt wordt of de vreemdeling voldoende middelen van bestaan en een ziektekostenverzekering heeft en geen gevaar vormt voor de openbare orde. Daar waar er sprake is van het woonachtig zijn in Nederland worden deze vreemdelingen ingeschreven in de Gemeentelijke Basisadministratie van de desbetreffende gemeente.

3. Vreemdelingen uit alle overige landen mogen hier pas verblijven nadat zij zich hebben gemeld bij een Vreemdelingendienst. Vreemdelingen uit bepaalde landen (visumplichtige landen) moeten eerst een visum (korter dan 3 maanden verblijf) of machtiging tot voorlopig verblijf (MVV en is voor langer dan 3 maanden verblijf) hebben van een Nederlandse ambassade of consulaat voordat zij naar Nederland mogen afreizen. Het visum of MVV is opgetekend in het paspoort. Afhankelijk van hun doel van verblijf kunnen zij gaan behoren tot categorie 1.

Tewerkstellingsvergunning
Een TWV wordt door een werkgever aangevraagd. Dit kan de werkgever zijn bij wie de vreemdeling formeel in dienst gaat (is de meest gebruikelijke variant). Ook andere werkgevers die gebruik maken van de desbetreffende vreemdeling kunnen een TWV aanvragen (feitelijke werkgever). Dit kan dan gaan om een werkgever waaraan de vreemdeling ter beschikking wordt gesteld (uitzenden/uitlenen), maar ook de hoofdaannemer of één van de onderaannemers bij aanneming van werk (bouw/schoonmaak).
Maar ook de opdrachtgever kan er toe besluiten een TWV aan te vragen voor de desbetreffende vreemdeling. Een TWV wordt door een werkgever aangevraagd bij de afdeling Juridische Zaken op een van de districtslocaties Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) in Nederland.
Bij een aanvraag voor een TWV zullen de navolgende kopieën in het algemeen bij een aanvraagformulier moeten worden gevoegd:
* kopie paspoort
* kopie verblijfsdocument of aanvraag visum of machtiging voorlopig verblijf
* diploma’s/getuigschriften
* recent uittreksel Kamer van Koophandel van de aanvrager
* vacatures (gemeld bij CWI)
* bewijsstukken die aantonen dat u gepoogd heeft in de vacature(s) te voorzien.
Een voorbeeld van aanvraagformulier TWV vindt u in de rubriek "Tewerkstellingsvergunning" van de startpagina vreemdelingenarbeid.nl.

Geen tewerkstellingsvergunning? Boete

Een op te leggen boete kan oplopen tot 8.000 euro per werknemer, of 4.000 euro per werknemer als de opdrachtgever een particulier is. Bij herhaalde overtreding kunnen deze bedragen met maximaal 50% worden verhoogd. Het gaat snel over grote bedragen.

Identiteitsbewijs

De navolgende identiteitsbewijzen zijn geldig bij het beoordelen van arbeid van vreemdelingen:
* Nederlands paspoort (modellen 2001 en 2006)
* Nederlandse identiteitskaart (modellen 2001 en 2006)
* Nederlandse verblijfsdocumenten I t/m IV en EU/EER (model 2000)
* Nederlands elektronisch W-document (model 2004)
* Nationaal (tijdelijk niet zijnde nood-) paspoort en identiteitskaart van EER-onderdaan en
Zwitserland
* Nationale identiteitskaart van EER-onderdaan en Zwitserland
* overige nationale paspoorten (niet afkomstig EER en Zwitserland) met een aantekening
(aanmeldsticker) van of namens de Immigratie- of Naturalisatiedienst.

*Ingevolge de Wid zijn ook in Nederland afgegeven reisdocumenten voor vreemdelingen en vluchtelingen, het zogenaamde vreemdelingen- en vluchtelingenpaspoort, een geldig identiteitsbewijs.
Voor het beoordelen van de gerechtigheid van arbeid zijn deze documenten echter ongeschikt, omdat er geen nationaliteit op vermeld staat. De vreemdelingen (vluchtelingen) bezitten niet de Nederlandse nationaliteit. Zij dienen dus een van bovenstaande andere identiteitsbewijzen te tonen om de gerechtigheid van arbeid te kunnen beoordelen.
*Bij werkplekcontroles van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en de Belastingdienst mogen werknemers een rijbewijs als geldig identiteitsbewijs tonen. De wetten die vallen onder het toezicht van die diensten, geven hier ruimte voor. Bij arbeid van vreemdelingen zullen ambtenaren van de Arbeidsinspectie en regiopolitie hier geen genoegen mee nemen. De Algemene wet bestuursrecht (Awb)/Wet arbeid vreemdelingen (Wav) geeft deze uitbreiding niet. Vreemdelingen zullen zich om de gerechtigheid van arbeid te kunnen beoordelen, moeten identificeren met een verblijfsvergunning, nationaal paspoort of identiteitskaart.
*Bij vreemdelingen dient u bij aanvang van de dienst een kopie van het identiteitsbewijs te sturen naar de feitelijke werkgever (daar waar het werk wordt verricht).
*Naast de Nederlandse identiteitsbewijzen (paspoort, identiteitskaart en verblijfsdocument) kunt u te maken krijgen met meerdere geldige identiteitsbewijzen (paspoort, identiteitskaart) van voornamelijk lidstaten van de Europese Economische Ruimte (EER). Op dit moment zijn er bijna 100 verschillende geldige identiteitsdocumenten in omloop die u moet beoordelen op oorspong, juistheid en echtheid. Genoemde documenten bevatten verschillende (echtheids)kenmerken. Identiteitsdocumenten van de EER komen veelvuldig in de vorm van een vals of vervalst document voor vanwege de vrije toegang tot de arbeidsmarkt.

Hoe komt een vreemdeling aan een SoFi-nummer?

Een SoFi-nummer wordt onder de navolgende voorwaarden aan een vreemdeling verstrekt:
* Rechtmatig in Nederland verblijvende vreemdelingen die in het bezit zijn of worden gesteld van een verblijfsdocument, afgegeven door de plaatselijke vreemdelingendienst
* EER-onderdanen die wonen of werken in Nederland waarbij het volgende geldt:
* het SoFi-nummer wordt persoonlijk aangevraagd bij het loket van de eenheid Particulieren van de Belastingdienst
* een geldig identiteitsbewijs wordt overlegd, waaruit blijkt dat verblijf en arbeid is toegestaan;
Onvoldoende verificatie van vreemdeling en identiteitsdocument of acceptatie van falsificaten kan als verwijtbaar worden bestempeld. Dit kan financiële consequenties hebben.

Voor het beoordelen van de oorsprong, echtheid en juistheid van identiteitsdocumenten is het raadzaam verificatie- en hulpmiddelen aan te schaffen. Ter ondersteuning en ter preventie zou u zich als werkgever, of het personeel dat daar dagelijks bij betrokken is, kunnen laten trainen in deze complexe problematiek.

7.2.4 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

Inleiding
Deze wet introduceert de zogenaamde omgevingsvergunning.
Door invoering van de omgevingsvergunning hoeft de aanvrager straks nog maar één type vergunning aan te vragen, bij één loket. Er is ook maar één bevoegd gezag. Na het doorlopen van één procedure volgt één besluit, waarop zo nodig één rechtsbeschermingsprocedure volgt.
Het ministerie van VROM werkt aan de modernisering van regels op het gebied van wonen, ruimte en milieu. In vier jaar tijd moeten de regels burgers en bedrijven minder tijd en geld gaan kosten. Daarom schrapt VROM honderden regels en vermindert het de administratieve lasten als gevolg van VROM-regels met ruim dertig procent.

Omgevingsvergunning

Een belangrijk onderdeel van de modernisering van de VROM regelgeving is de Omgevingsvergunning. Die maakt het mogelijk om binnen de huidige wetgeving sneller vergunningen te krijgen. Bovendien is het één geïntegreerde vergunning voor bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur en milieu.
Voor de reguliere procedure komen projecten in aanmerking waarbij de toestemming een min of meer gebonden karakter heeft, omdat er geen of maar in geringe mate sprake is van beoordelingsvrijheid door het bevoegd gezag. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een eenvoudige bouwvergunning. In deze procedure geldt een zogenoemde fatale termijn. Dat wil zeggen dat de vergunning, als die niet tijdig is verstrekt, automatisch (van rechtswege) wordt verstrekt. De uitgebreide procedure zal gelden voor complexe projecten, waarbij sprake is van een (vérgaande) beoordelingsvrijheid, bijvoorbeeld het bouwen van een bedrijf waarvoor afwijking van het bestem- mingsplan nodig is. In die gevallen bestaat er een noodzaak om de betrokken belangen af te wegen. Daarvoor wordt het ontwerp van het voorgenomen besluit met het oog op de inbreng van derden-belanghebbenden ter inzage gelegd. De vergunning moet dan ook vaak door middel van voorschriften toegesneden worden op het project. In de uitgebreide procedure geldt geen fatale termijn.

Eén procedure.
De aanvraag van een omgevingsvergunning hoeft maar één vergunningsprocedure te doorlopen. Dat kan een reguliere procedure zijn (maximaal 8 weken) of een uitgebreide procedure (maximaal 26 weken). Beide procedures kunnen met maximaal 6 weken verlengd worden. Voor een goede aansluiting op verschillende fases in de ontwikkeling van bijvoorbeeld bouwplannen blijft het mogelijk om de omgevingsvergunning gefaseerd aan te vragen. Dit gebeurt als de aanvrager eerst op basis van globale gegevens wil weten of een vergunningaanvraag voor de beoogde activiteit kans van slagen heeft. Tevens is het mogelijk een project te splitsen in verschillende deelprojecten. Voor deze deelprojecten kan een afzonderlijke omgevingsvergunning worden afgegeven.

Bezwaar en beroep

Op dit moment kent elke vergunning zijn eigen mogelijkheden tot bezwaar en beroep. De omgevings-vergunning kent één rechtsbeschermingsprocedure waarbij is aangesloten bij beroepsprocedures uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

Digitaal Omgevingsloket.

VROM werkt aan de invoering van een digitaal omgevingsloket bij gemeenten. Het verkrijgen van vergunningen vergt van ondernemers en burgers veel aandacht, tijd en geld. Met de inzet van ICT
(Informatie- en Communicatietechnologie) wil VROM bereiken dat procedures sneller en eenvoudiger worden.
Voor het aanvragen van een omgevingsvergunning is door VROM één landelijk uniform aanvraagformulier voor de omgevingsvergunning ontwikkeld. Dit formulier bestaat uit een vragenboom. Wie die doorlopt stelt op die manier uiteindelijk een op maat gesneden aanvraagformulier samen (vergelijkbaar met de elektronische invulling van een belastingformulier). Alle toestemmingen, ontheffingen, vrijstellingen en meldingen die vallen binnen de reikwijdte van de omgevingsvergunning kunnen straks met behulp van dat ene formulier zowel schriftelijk als digitaal aangevraagd worden.
Een vergunningaanvraag gaat meestal gepaard met bijlagen, bijvoorbeeld bouwtekeningen of rapporten (indieningsbescheiden). Deze moeten straks ook digitaal met het e-formulier kunnen wor- den meegezonden. Een centrale server maakt het mogelijk aanvragen met bijbehorende tekeningen en berekeningen digitaal in te dienen.

7.2.5. Woningwet

De bouwvergunningprocedure

De Woningwet regelt de procedure die gevolgd moet worden bij bouwvergunningaanvraag en -verlening (of weigering). Bij deze procedure is ook de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb) van belang. De procedure is van belang voor zowel de aanvrager van een bouwvergunning als voor de belanghebbenden bij een aanvraag (bijvoorbeeld de buren). De Woningwet kent twee soorten van bouwvergunningen: reguliere en lichte bouwvergunningen. De reguliere bouwvergunning kan hierbij naar keuze in één keer of in twee fasen worden aangevraagd. Als u de bouwvergunning in één keer aanvraagt krijgt u ook één bouwvergunning; als u de bouwvergunning in twee fasen aanvraagt, krijgt u twee bouwvergunningen (een bouwvergunning 1e fase en een bouwvergunning 2e fase). Hieronder wordt de aanvraagprocedure beschreven.

• De bouwvergunning wordt aangevraagd.

• De gemeente doet melding van de aanvraag in een dag-, nieuws- of huis-aan-huis-blad.

• Als uw aanvraag niet compleet is (ontvankelijk) stelt de gemeente u een termijn waarbinnen u uw aanvraag compleet kunt maken.

• De gemeente is gehouden aan enkele beslistermijnen. Voor een lichte bouwvergunning geldt dat binnen zes weken een beslissing moet worden genomen op uw aanvraag. Er bestaat voor de gemeente geen mogelijkheid om deze termijn te verlengen. Oftewel: na zes weken moet u uitsluitsel van de gemeente hebben! Voor een reguliere bouwvergunning die in één keer is aangevraagd geldt dat binnen 12 weken een beslissing moet worden genomen. De gemeente kan deze termijn eenmalig verlengen met 6 weken. Voor een reguliere bouwvergunning die in twee fasen is aangevraagd geldt de volgende regeling: op de eerste fase moet binnen 6 weken worden beslist, met een eenmalige verlengingstermijn van 6 weken. Voor de tweede fase gelden dezelfde termijnen. De totale termijn bedraagt dus maximaal 24 weken. Let op! Als het bouwwerk in strijd is met het bestemmingsplan wordt de aanvraag om de bouwvergunning automatisch beschouwd als een verzoek tot het verlenen van vrijstelling van dat bestemmingsplan. In dat geval gelden de beslistermijnen niet.

• Na verlening (of weigering) van een bouwvergunning start de termijn van 6 weken waarin bezwaar gemaakt kan worden tegen de beslissing. In deze termijn kunt u ook een voorlopige voorziening (een schorsing) bij de President van de Rechtbank vragen. Informeer bij de gemeente tot welke datum bezwaar exact mogelijk is.

• Mocht het bezwaar ongegrond worden verklaard dan kunt u beroep instellen bij de Rechtbank. Dat moet binnen 6 weken.

• Tegen de uitkomst van het beroep kunt u in hoger beroep gaan bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Dat moet binnen 6 weken.

• Kosten . Als u een bouwvergunning aanvraagt brengt de gemeente u hiervoor kosten in rekening: dit zijn leges. Leges worden berekend op de aanvraag, niet op de verlening. Hoe hoog de leges zijn is geregeld in de gemeentelijke legesverordening.

Let op
De hiervoor beschreven procedure begint met het feit dat u een bouwvergunning aanvraagt. Het is verstandig om u éérst te oriënteren of het überhaupt mogelijk is om een vergunning te krijgen. Vooral de bepalingen van het bestemmingsplan zijn van belang. Als u een bouwvergunning aanvraagt beginnen diverse termijnen te lopen. Een daarvan is dat u binnen een beperkt aantal weken moet zorgen voor een ontvankelijke (volledige) aanvraag.

Het bouwregister
De Woningwet stelt de gemeente verplicht een aantal zaken met betrekking tot de bouw in een openbaar register bij te houden. Bijvoorbeeld wat gevraagd wordt, voor welk adres, wat voor werkzaamheden het zijn en wanneer er beslist is op de aanvraag. Dit wordt allemaal bijgehouden in een openbaar bouwregister

7.2.6 Bouwbesluit 2003

Inleiding
Een gebouw mag geen gevaar opleveren voor bewoners, gebruikers en omgeving. Daarom heeft de overheid in het Bouwbesluit 2003 eisen voor veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu vastgelegd.
Het Bouwbesluit 2003 bevat bouwtechnische voorschriften waaraan alle bouwwerken minimaal moeten voldoen. Het Bouwbesluit 2003 kent 12 gebruiksfuncties (zoals de woon- en kantoorfunctie) met elk eigen bouwtechnische voorschriften: 1) functionele eisen geven het kader aan van de voorschriften, bijvoorbeeld dat een gebouw minimaal 1 toilet heeft; 2) prestatie-eisen geven een minimale grenswaarde aan, bijvoorbeeld 1 toilet voor elke 125m2.
Het Bouwbesluit 2003 geldt voor het bouwen en in stand houden van alle bouwwerken. In een aantal gevallen maakt het Bouwbesluit onderscheid in voorschriften voor nieuwbouw en voor bestaande bouw. Voor alle nieuw te bouwen bouwwerken gelden de nieuwbouweisen, maar ook bij verbouwingen moet in principe voldaan worden aan de nieuwbouweisen van het Bouwbesluit. In diverse situaties kan ontheffing worden verleend tot niveau bestaande bouw of rechtens verkregen niveau. Dat geldt dus ook voor verbouwingen in of aan bestaande bouwwerken.

Verantwoordelijkheid bij het voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit
De opdrachtgever van een gebouw is ervoor verantwoordelijk dat de bouwwerkzaamheden goed en veilig worden uitgevoerd. Schakel een deskundige om samen te bekijken of het bouwplan voldoet aan de voorschriften van het Bouwbesluit en het Gebruiksbesluit. Om aan de voorschriften van het Bouwbesluit te voldoen kunt u gebruik maken van hulpmiddelen zoals NEN-normen, erkende kwaliteitsverklaringen en gelijkwaardige oplossingen. Ook zijn er Nederlandse praktijkrichtlijnen (NPR’s) en Nederlandse technische afspraken (NTA’s).

NEN-normen en erkende kwaliteitsverklaringen
In NEN-normen staan (reken)methoden om aan een voorschrift uit het Bouwbesluit te kunnen voldoen. Als u een NEN-norm gebruikt, weet u zeker dat u op dat onderdeel aan het Bouwbesluit zult voldoen. Het gebruik van NEN-normen is echter niet verplicht. De NEN-normen worden opgesteld en uitgegeven door het Nederlands Normalisatie Instituut NEN. Erkende kwaliteitsverklaringen worden afgegeven door certificeringsinstellingen die door de minister van VROM zijn erkend en voortaan door de minister van BZK zullen worden erkend. Hierin staat dat een bouwmateriaal of bouwdeel, mits toegepast op de in de verklaring omschreven wijze, voldoet aan de eisen die het Bouwbesluit er aan stelt.

Gelijkwaardige oplossingen
Het Bouwbesluit biedt de mogelijkheid om aan de voorschriften te voldoen via een gelijkwaardige oplossing. Dit betekent dat een andere invulling mag worden gegeven aan de prestatie-eis uit het Bouwbesluit als maar wordt voldaan aan de doelstellingen van de (functionele) eis. De gekozen oplossing wijkt dan af van de voorgeschreven eis, maar biedt ten minste dezelfde mate van veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en bescherming van het milieu als de oorspronkelijke eis.

Toetsen aan Bouwbesluit 2003
Als er voor de bouw of verbouwing een omgevingsvergunning voor bouwen nodig is, controleert de gemeente of het bouwplan aan het bouwbesluit 2003 voldoet. Een aantal gemeenten werkt mee aan de gecertificeerde Bouwbesluittoets. In dat geval toetst een gecertificeerde marktpartij (bijvoorbeeld aannemer of architect) het bouwplan.

7.3 Handhaving

7.3.1 Handhaving op tijdelijke locaties
Met tijdelijke locaties worden zeer tijdelijke locaties bedoeld en dus niet de grote bouwwerken (conform Bouwbesluit), filialen van supermarkten, banken, e.d.

Dit specifieke onderdeel van het handhavingsbeleid is voornamelijk ingegeven door die werkgevers die een loopje nemen met de wet. Het gaat daarbij om werkzaamheden als asbestsloop, dakdekken, gevelonderhoud, e.d. waarbij telkenmale blijkt dat bepaalde voorzieningen niet worden getroffen.
Het niet kunnen aanpakken van werkgevers die steeds kort op zeer tijdelijke locaties werkzaamheden laten verrichten, en daar steeds (dezelfde) overtredingen begaan, wordt door de Arbeidsinspectie als onbevredigend ervaren. Dit geldt met name voor overtredingen waarvoor eerst een waarschuwing wordt gegeven. Op het moment dat de waarschuwing gecontroleerd wordt, is de vogel in negen van de tien gevallen gevlogen, en kan dus niet worden gecontroleerd of de betrokken werkgever de geconstateerde overtreding inderdaad heeft opgeheven.

Ook wordt het als onrechtvaardig ervaren dat dit soort werkgevers bij het constateren van ernstige of direct beboetbare feiten nooit in een recidivetraject terecht komen. Dus geen verhoogde boete of een proces-verbaal krijgen. Het huidige handhavingsbeleid van de Arbowet luidt immers dat van filiaalbedrijven of concerns vestigingen (inclusief bouwlocaties) voor wat betreft de afronding van handhavingstrajecten behandeld worden als waren het zelfstandige bedrijven. Dit is ingegeven door een tweetal overwegingen: de wens om niet te snel in het strafrecht terecht te komen en de onmogelijkheid om bijvoorbeeld in Maastricht te bepalen of de dagen ervoor een boete of een waarschuwing is gegeven in Amsterdam aan een locatie van dezelfde hoofdvestiging.

In het kader van de missie is het niet juist dat het soort werkgevers als hiervoor genoemd telkenmale de dans ontspringen waar het gaat om boetes als gevolg van het niet opvolgen van een waarschuwing, of de kans op een verhoogde boete of een proces-verbaal in het geval van recidive. Werkgevers die op verschillende tijdelijke locaties binnen twee jaar eenzelfde overtreding begaan worden dan ook conform het algemeen geldende handhavingsbeleid behandeld. Een en ander leidt tot de volgende aanpak van overtredingen op tijdelijke locaties.

7.3.2 Niet ernstige overtredingen
Bij het geven van een waarschuwing op een tijdelijke locatie dient - waar mogelijk - een dusdanige (korte) waarschuwingstermijn gehanteerd te worden dat controle ook daadwerkelijk kan plaatsvinden. Is de overtreding dan niet opgeheven dan volgt een boeterapport. Wanneer het, bijvoorbeeld in verband met de capaciteitsplanning van de inspecteur, of de zeer beperkte tijdelijkheid van de locatie, niet mogelijk is een controle uit te voeren dan wordt toch een waarschuwing gegeven met een schriftelijke bevestiging aan de werkgever op het vestigingsadres.

Hiertoe zal de waarschuwingsbrief worden uitgebreid met een optie waarbij wordt meegedeeld dat in verband met de tijdelijkheid van de locatie het niet mogelijk zal zijn om te controleren of de wettelijke bepaling daadwerkelijk is nageleefd. Daarbij wordt de werkgever erop gewezen dat indien binnen twee jaar weer eenzelfde overtreding op een tijdelijke locatie van het bedrijf van de werkgever wordt aangetroffen, dit kan leiden tot een boeterapport, en zelfs kan leiden tot een proces-verbaal indien dit meerdere malen gebeurt.

7.3.3 Recidive niet-ernstige overtredingen
Met de huidige GISAI-versie bestaat de mogelijkheid om na te trekken of aan een werkgever (correspondentieadres in GISAI) in de twee jaar daarvoor landelijk gezien een of meerdere waarschuwingen zijn gegeven voor eenzelfde feit. Dit houdt overigens wel in dat de inspecteur bij iedere waarschuwing die hij of zij geeft met betrekking tot een tijdelijke locatie, in GISAI zal moeten (laten) nagaan of voor het feit waarvoor een waarschuwing wordt gegeven, al eerder in de voorafgaande twee jaar een waarschuwing is gegeven. Een telefoontje aan de clusteradministratie kan wat dat betreft snel uitkomst brengen. Het is ook mogelijk dat tijdens de administratieve verwerking blijkt dat al eerder een waarschuwing aan de betrokken werkgever is gegeven voor eenzelfde feit, maar dan op een andere locatie. Dan kan volstaan worden met een telefonische boeteaanzegging. Let wel: het zal altijd moeten gaan om een overtreding van hetzelfde inspectiepunt.

7.3.4 Recidive ernstige beboetbare feiten
Voor recidivegevallen op verschillende tijdelijke locaties van een en dezelfde werkgever wordt een soortgelijke aanpak gehanteerd. In feite betekent dit dat het reguliere handhavingsbeleid zoals dat geldt voor vaste locaties (vestigingen) ook zal gaan gelden voor tijdelijke locaties van dezelfde werkgever. Dus, indien op een tijdelijke locatie x van een werkgever op een moment y voor een bepaald feit een boete is opgelegd, en binnen twee jaar wordt voor eenzelfde feit op de tijdelijke locatie z van dezelfde werkgever weer een boete opgelegd, dan wordt het boetebedrag met 50% verhoogd. Indien binnen 48 maanden weer eenzelfde overtreding wordt geconstateerd op weer een andere tijdelijke locatie van die werkgever, terwijl al tweemaal een boete is aangezegd, dan wordt proces-verbaal opgemaakt (conform het reguliere handhavingsbeleid).

Ook hierbij geldt dat in GISAI zal moeten worden bezien of sprake is van recidive door middel van het checken van eerdere interventies gericht aan het correspondentieadres van een bepaalde werkgever.
Dit betekent dat - waar mogelijk - gegevens over de werkgever die op een tijdelijke locatie arbeid laat verrichten voorafgaand aan het inspectiebezoek moeten worden opgezocht in GISAI of in het bedrijfsdossier. In een aantal gevallen zal het inderdaad mogelijk zijn deze gegevens van tevoren te achterhalen, namelijk wanneer bekend is waar een tijdelijke locatie zich bevindt (asbestsloop). In de meeste overige gevallen zal dit echter niet mogelijk zijn. In de praktijk is het vaak zo dat de inspecteur wordt geconfronteerd met overtredingen op een tijdelijke locatie, en dat hij of zij de voorgeschiedenis van de betrokken werkgever niet kent.

Is dat laatste het geval dan luidt de te hanteren gedragslijn als volgt: Checken bij de clusteradministratie of er sprake is van recidive en afhankelijk daarvan een boeterapport (bij geen of eenmaal recidive) of een proces-verbaal (bij tweemaal recidive) opmaken. Is het checken bij de clusteradministratie om wat voor reden dan ook niet mogelijk, dan kan als gevolg van de administratieve verwerking een en ander worden rechtgetrokken. Gaat het om een eerste recidive dan behoeft geen actie te worden ondernomen. Gaat het om een tweede keer recidive (en dus proces-verbaal) dan zullen betrokkenen opnieuw gehoord moeten worden in het kader van de opsporing. Het is dus zeker aan te bevelen om bij vermoeden van recidive contact met de clusteradministratie op te nemen, om eventueel dubbel werk te voorkomen.

7.3.5 Handhaving bij klachten en ongevallen
Indien bij de behandeling van klachten overtredingen worden geconstateerd, dan worden deze afgehandeld volgens de reguliere handhavingstrajecten en het eventueel daaropvolgende vervolgtraject.Bij een causaal verband tussen een beboetbaar feit en een meldingsplichtig ongeval, wordt een ongevallenboeterapport opgemaakt. Daarnaast worden zo nodig maatregelen verlangd om overtredingen op te heffen. Voor eventuele civiele claims moeten slachtoffers worden doorverwezen naar een bureau voor rechtshulp.Bij een causaal verband tussen een strafbaar feit en een meldingsplichtig ongeval wordt een proces-verbaal opgemaakt, en wordt uitvoering gegeven aan het gestelde in de Wet Terwee conform de daarvoor binnen de Arbeidsinspectie geldende richtlijnen.Overigens wordt verwezen naar de "Handleiding voor de behandeling van klachten door de AI" en de interne instructie "De afhandeling van ongevalsmeldingen door de AI".

7.3.6 De bedrijfsinspectie
Voorafgaand aan een bedrijfsinspectie raadpleegt de inspecteur de aanwezige bedrijfsgegevens. Voor het optreden van de inspecteur in het bedrijf, voor de inzet van juridisch/bestuurlijke instrumenten, de aanpak van eventuele herhaling of recidive, enzovoorts is kennis van het bedrijfsdossier essentieel. Behalve de actuele bedrijfsgegevens is ook de "bedrijfshistorie" van belang:

Elke inspectie in het bedrijf bestaat uit twee elementen te weten: de eigenlijke inspectie en het handhavingsgesprek. In beide gevallen geldt ten aanzien van de bedrijfsinspectie de volgende procedure:

De inspecteur maakt zich bekend en legitimeert zich. Indien relevant verwijst hij naar de vooraankondiging van de inspectie of afspraak. Hij geeft het doel aan van zijn bezoek tevens ook het verloop van de procedure. Een lid van de OR of personeelsvertegenwoordiging kan bij het bezoek aanwezig zijn.

De inspecteur controleert de naleving volgens hetgeen vermeldt staat op de inspectielijst. Ter controle op de naleving kan hij werknemers aanspreken. Hij bespreekt de geconstateerde overtredingen en reageert direct bij het vaststellen van een ernstig beboetbaat feit. Maar eerst spreekt hij de werkgever aan en maant hem tot naleving van de Arbowet. Hij legt de handhavingsprocedure uit en stelt een tijdslimiet waarbinnen verbeteringen moeten worden aangebracht, ook geeft hij de richting aan waarbinnen de verbeteringen moeten worden aangebracht. Hierbij verwijst hij eventueel naar arbodiensten of andere deskundigen.

Na de werkplekinspectie - nog voorafgaand aan het handhavingsgesprek - worden ook de inhoud van de RI&E en het plan van aanpak bekeken in relatie tot op de werkplek geconstateerde overtredingen.
Vervolgens informeert de inspecteur de werkgever over de mogelijkheden tot het instellen van bezwaar en beroep en over de gevolgen van het niet tijdig opheffen van de overtredingen. Zijn bevindingen van het handhavend optreden worden altijd schriftelijk bevestigd aan de werkgever en m.u.v. het proces-verbaal ook aan de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging. Op het moment dat bij inspectie of controle geen overtredingen (meer) worden geconstateerd, wordt het bedrijf hiervan in kennis gesteld d.m.v. de afhandelingsbrief. Het verzenden van deze brief betekent automatisch beëindiging van het ingezette handhavingstraject.

De awb stelt eisen aan de af te geven beschikkingen. Een beschikking moet worden voorafgegaan door een kennisgeving. Dit is een aankondiging van een voorgenomen bestuursrechtelijke interventie waarbij de betrokkene zal worden gehoord. Voor de handhavingscorrespondentie betekent dit dat de eisbrief moeten worden voorafgegaan door een schriftelijke kennisgeving, af te geven op regioniveau. Een boete beschikking moet worden voorafgegaan door een schriftelijke boetekenisgeving

7.3.7 Handhaving werknemers werknemersverplichtingen
Schematisch overzicht handhavingsbeleid met betrekking tot werknemers

Overtreding werkgever Handhavingsmaatregel

Geen beschermende middelen ter beschikking gesteld Werkgever boete
Werknemer geen boete

Wel beschermende middelen ter Werkgever boete
beschikking gesteld, geen instructie gegeven, Werknemer geen boete
doch wel noodzakelijk

Wel beschermende middelen ter
beschikking gesteld, geen instructie
gegeven, maar werknemer is bekend of
mag geacht worden bekend te zijn met Werkgever boete
de noodzaak c.q. wijze van gebruik Werknemer boete

Wel beschermende middelen ter
beschikking gesteld, wel instructie Werkgever boete
gegeven, geen toezicht Werknemer boete

7.3.8. Algemene informatie over de Arbeidsinspectie
1) Toezicht en opsporing zijn de kernactiviteiten. De controle op naleving in bedrijven vindt plaats via actieve inspecties, meestal projectmatig en landelijk voorbereid en geïnitieerd door de Arbeidsinspectie zelf, en via reactieve inspecties naar aanleiding van klachten, ongevallen en vergunningsaanvragen.

2) Bij inspecties en controles hanteert de Arbeidsinspectie een instrumentenmix bestaande uit repressieve elementen (stillegging, waarschuwing, eis, bestuurlijke boete of proces-verbaal) en uit preventieve elementen, zoals het verstrekken van informatie op bedrijfsniveau en het geven van voorlichting op brancheniveau. Handhaving door de Arbeidsinspectie is gericht op het bestrijden van overtredingen, op de aanpak van achterliggende oorzaken daarvan en daarmee op het doen opheffen van manco’s in de arbobeleidsvoering. Deze overtredingen worden daarbij herleid tot: systematische werkplekbeheersing, verantwoord werknemersgedrag, effectief toezicht op dit gedrag en verantwoord ontwerp van werkplekken en werkprocessen alsmede verantwoorde inkoop van stoffen e.d.

3) De Arbeidsinspectie handhaaft de wet volgens de volgende uitgangspunten:

• bij overtredingen worden geen zwaardere middelen ingezet dan noodzakelijk is om naleving van de wet te bereiken;

• bij handhavend optreden naar aanleiding van werkplekovertredingen wordt in beginsel steeds ook ingegaan op de oorzaken achter de overtreding, c.q. op mancoís in de arbobeleidsvoering.

• ter bevordering van de eenheid van optreden en de gelijke behandeling van bedrijven worden de handhavingsinstrumenten en -procedures uniform toegepast (gelijke gevallen: gelijk behandelen);

• de resultaten van handhavend optreden (zowel met betrekking tot. toezicht als opsporing) worden altijd schriftelijk bevestigd.

• Behalve aan de specifieke arbeidsomstandighedenwetgeving is de Arbeidsinspectie bij haar functioneren ook gebonden aan andere wetten en besluiten, zoals de Wet op de Economische Delicten en de Algemene Wet Bestuursrecht.

• Bij de handhaving op het gebied van arbeidsomstandigheden spelen, behalve wettelijke normen en normen in beleidsregels, ook normen van "lagere" orde een belangrijke rol.

• In een aantal gevallen geeft de wetgever zelf geen concrete normen of grenswaarden, maar eist de Arbeidsinspectie bijvoorbeeld voorzieningen of maatregelen volgens de mogelijkheden van de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening. In dat geval worden ook normen van "lagere" orde gehanteerd. Dit kunnen bijvoorbeeld NEN-normen zijn, maar ook normering die in de betreffende bedrijfstak als algemeen geldend wordt beschouwd.
• Ook arboconvenanten kunnen van belang zijn bij de concretisering van wettelijke doelbepalingen en de handhaving daarvan. Per bedrijfstak kunnen afspraken worden gemaakt over toepassing van effectieve preventiemaatregelen en economisch haalbare invoeringstermijnen.

• Afspraken over toepassing van bepaalde preventie- c.q. bronmaatregelen in het kader van een convenant kunnen worden geformaliseerd in een beleidsregel. Deze worden als zodanig bekend gemaakt en vormen mede de basis voor het handhavend optreden van de Arbeidsinspectie ten aanzien van alle bedrijven in de betreffende bedrijfstak.

• Bij handhavend optreden naar aanleiding van overtredingen zal de inspecteur altijd moeten aangeven welke norm waarom (vermoedelijk) wordt overtreden.

Kenmerk handhavingsbeleid

Het handhavingsbeleid van de Arbowet 1998 wordt gekenmerkt door een lik op stuk benadering: toepassing van bestuurlijke boetes en korte handhavingstrajecten. Handhaving is gericht op het opheffen van overtredingen. Dit betekent dat de Arbeidsinspectie een werkgever net zolang op zijn verplichtingen zal aanspreken, totdat de overtreding niet meer bestaat. In veel gevallen zal dit gebeuren binnen de reguliere handhavingstrajecten in het kader van een project Indien na afloop van het eerste handhavingstraject nog steeds overtredingen bestaan, wordt na verloop van tijd een nieuw traject gestart gericht op recidive of herhaling.Tijdens een inspectiebezoek kunnen alle handhavingsinstrumenten aan de orde komen: stillegging, opmaken van proces-verbaal, boeterapport,eisen stellen, waarschuwingen geven,

Handhavingstraject:

Tijdens een eerste inspectiebezoek kan een inspecteur vier verschillende handhavingstrajecten inzetten, afhankelijk van de feiten die hij of zij aantreft. Dit zijn: strafbare feiten, ernstig beboetbare feiten, direct beboetbare feiten en overige beboetbare feiten.
Na het opmaken van een proces-verbaal of boeterapport kan er nog steeds sprake zijn van het voortbestaan van overtredingen dan wel beboetbare feiten. De Arbeidsinspectie zal altijd controle blijven uitoefenen. De termijnen die in acht worden genomen bij deze controle alsmede de uitkomst van een eerder opgelegd proces-verbaal of boeterapport bepalen de vervolgactie: een nieuwe boete, een verhoogde boete, een nieuw proces-verbaal en nieuwe maatregelen. Het kan echter ook betekenen dat er geheel opnieuw een traject moet worden gestart.

De termijnen voor controle moeten zodanig worden bepaald dat voor bedrijf en inspecteur helder is wat de consequenties kunnen zijn van vervolgacties. Aanbevolen wordt om in elk geval 14 weken als minimale termijn te hanteren. De wettelijk vastgestelde termijnen voor het doen uitgaan van een boetebeschikking en een eventueel bezwaarschrift hierop door de belanghebbende zijn respectievelijke acht en zes weken na vaststelling van een beboetbaar feit. Na die periode is dan bekend bij de inspecteur of de eerdere aangezegde boete al dan niet onherroepelijk is.

Vervolgtrajecten hebben wat betreft de sanctionering de volgende consequenties:
1) Nieuw boeterapport. Verhoogde boete met 50% (art. 34 Arbowet) is mogelijk.

2) Nieuw handhavingstraject: indien controle plaats vindt na 48 maanden

3) Proces-verbaal opmaken: bij constatering van 3x hetzelfde beboetbare feit. Indien binnen 48 maanden na constatering van een strafbaar of ernstig beboetbaar feit opnieuw eenzelfde feit wordt geconstateerd, wordt weer stilgelegd en een proces-verbaal misdrijf (artikel 32 Arbowet 1998) opgemaakt.

4) Indien tijdens een controle in een bedrijf na een waarschuwing, een eis of een boeteaanzegging geen beboetbare feiten meer worden geconstateerd, ontvangt de belanghebbende een afhandelingsbrief en wordt het interventietraject afgesloten. Nu kan het voorkomen dat bij een nieuwe inspectie in het betreffende bedrijf hetzelfde of eenzelfde feit opnieuw wordt geconstateerd. Als deze constatering gebeurt binnen vier jaar na dato van de eerdere afhandelingsbrief, dan kan het in te zetten handhavingstraject voor dat feit met één fase worden ingekort, dwz.: direct aanzeggen van boete en maatregelen na een waarschuwing, eerste boete of het stellen van een eis.

5) Bij overtredingen van de wet gemaakt door overheidsinstellingen wordt een onderscheid gemaakt en dient eerst de vraag gesteld te worden: betreft het strafrecht of betreft het bestuursrecht? Bij bestuursrechtelijke overtredingen van (onderdelen van) zowel de centrale als decentrale overheden kan het reguliere bestuursrechtelijke handhavingsbeleid van de AI worden gevolgd.

7.4. Bezwaar en beroep

Het gebeurt geregeld dat bij de voorbereiding van het boetebesluit fouten worden gemaakt. Voorbeelden uit de rechtspraak zijn bijvoorbeeld dat een vennootschap onder firma een boete kreeg omdat één van haar vennoten een vreemdeling was voor wie een tewerkstellingsvergunning had moeten worden aangevraagd. Gezien het karakter van de vennootschap onder firma kwam de rechter echter tot de conclusie dat er geen dienstverband was tussen v.o.f. en vennoot, en er dus ook geen sprake kon zijn van tewerkstelling in strijd met de Wav. Het boetebesluit werd dan ook vernietigd.

Ook worden besluiten door de rechter worden vernietigd omdat er geen sprake was van een gezagsrelatie tussen de vreemdeling en de persoon of het bedrijf aan wie de boete is opgelegd.
Er wordt nogal eens voorbijgegaan aan het feit dat sprake is van een punitieve sanctie, en bij het opleggen van straffen voldoende zorgvuldig gehandeld zal dienen te worden, ook in dit soort gevallen, waarin de wet het opleggen van boetes eenvoudig lijkt te maken. Indien bijvoorbeeld substantieel te weinig onderzoek is verricht naar de relevante feiten en omstandigheden, zal een boetebesluit door de rechter moeten worden vernietigd. Er kunnen ernstige gebreken kleven aan de controle, aan de boeteoplegging zelf, of ook aan de procedure tot het nemen van de beslissing op bezwaar.

Omdat de wetgeving complex is worden ook wel gewoon slordige vergissingen gemaakt. In een uitspraak van de Raad van State van 16 juli 2008 werd een beroep zelfs op meerdere gronden gegrond verklaard. Er was niet aangetoond dat de appellant de Wav had overtreden, er was niet gemotiveerd waarom de boete aan de appellant was opgelegd en de wet bood niet de mogelijkheid om (rechts)personen anders dan individueel een boete op te leggen. Het is dus zeker niet zo dat er niets te doen is aan bestuurlijke boetes.

7.5 Verbouwen en het contact met de aannemer

In het algemeen zal de verbouwing worden uitgevoerd door een door u gekozen aannemer. Soms zal deze aannemer op zijn beurt ook weer een aantal andere aannemers inschakelen, zogenaamde onderaannemers.

Algemene voorwaarden
De overeenkomst die u met een (hoofd)aannemer sluit heet een aannemingsovereenkomst. Meestal zal een aannemer met een standaardovereenkomst werken waarop algemene voorwaarden van toepassing zijn.
De meest gebruikte algemene voorwaarden bij aannemingsovereenkomsten zijn de zogenaamde Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989). Voor de kleine verbouwingen gelden echter vaak de algemene voorwaarden voor aannemingen in het bouwbedrijf (AVA 1992).

Bestek
Bij de aannemingsovereenkomst hoort ook een zogenaamd bestek. Het bestek is een technische beschrijving van het werk (lees: de verbouwing). Ook wordt er in het bestek verwezen naar bouwtechnische tekeningen en de van toepassing zijnde algemene voorwaarden.

Overeenkomst zonder algemene voorwaarden
Hoewel de meeste aannemers dus werken met algemene voorwaarden, is het niet uitgesloten dat uw aannemer niet met algemene voorwaarden werkt. In dat geval zijn er in de wet ook een aantal zaken geregeld over uw verhouding met de aannemer.

Verplichtingen van de aannemer
Het spreekt voor zich dat uw aannemer op basis van de aannemingsovereenkomst en de algemene voorwaarden een aantal verplichtingen heeft. Zijn belangrijkste verplichting is uiteraard het uitvoeren van de verbouwing zoals u in de aannemingsovereenkomst bent overeengekomen. Maar daarnaast moet de aannemer er ook voor zorgen dat de verbouwing een regelmatige voortgang heeft. Als de verbouwing naar uw mening te veel vertraagt, kunt u de aannemer een schriftelijke aanmaning sturen om de uitvoering te versnellen. Blijft de aannemer na de aanmaning nog steeds te traag werken, dan kunt u de aannemer in gebreke stellen. Dit houdt in dat u de aannemer er schriftelijk op wijst dat hij tekortschiet in zijn verplichtingen. U moet de aannemer dan alsnog een redelijke termijn geven om zijn verplichtingen na te komen. Als de aannemer dan nog steeds tekort blijft schieten, is hij in verzuim. Dit is een juridische term waardoor de aannemer schadeplichtig geworden is.
Zo mag u in die situatie de verbouwing door een ander laten uitvoeren en de schade verhalen op de tekortschietende aannemer. Ook mag u uw betalingen aan de aannemer opschorten en kunt u eventuele onderaannemers en leveranciers rechtstreeks betalen.
Als u twijfelt of het werk ontoelaatbaar is vertraagd, kunt u het beste juridisch advies inwinnen bij een bouwrechtadvocaat.
Naast de hierboven genoemde punten zijn er nog meer zaken die uw aandacht vragen. Graag zetten wij deze op een rijtje voor u.
- aanneemsom
- omschrijving van het werk
- omschrijving van tekeningen, rapporten, bestekken
- aanvullingen met toevoeging van datum en vervaardiger van tekening
- acceptatie van meer- en minderwerk
- levertijd
- boetebeding
- termijnbetalingen
- bankgarantie
- andere garanties dan de wettelijke
- afstandsverklaring
- werkbare dagen
- inflatiecorrectie
- arbitrage

7.6. Verbouwen en websites raadplegen
Hieronder treft u een overzicht aan van websites met voornamelijk overheidsinformatie.
http://www.vreemdelingenarbeid.nl/faq.html
http://overheidsloket.overheid.nl/index.php?p=product&product_id=1000077
http://overheidsloket.overheid.nl/index.php?p=product&product_id=12269
http://www.consuwijzer.nl/Voorbeeldbrieven
http://www.arbo-advies.nl/handhaving.htm#3.2.1
http://www.kroon-partners.nl/Teksten/boetes_tekst.html
www.wetten,nl
www.rechtspraak.nl
www.minvrom.nl
www.judex.nl/rechtsgebied/bouwen_wonen
www.omgevingsloket.nl
www.omgevingsvergunning.vrom.nl

7.7 Handige tips voor verbouwen
• Wijzig niet. Bedenk voor je een verbouwing uitbesteedt goed wat je wilt. Als je tijdens een verbouwing wijzigingen bedenkt zal dat relatief veel geld kosten. Vooral als een aannemer echt zaken moet afbreken die hij al heeft gemaakt. Maar ook door het feit dat hij al voor je bezig is geeft hem een goede onderhandelingspositie. Vraag dus eerst meerdere offertes aan.

• Zoek goed uit welke subsidiemogelijkheden er zijn.

• Neem de tijd om meerdere offertes aan te vragen en leg alles van te voren goed vast.

• Is hergebruik van onderdelen van de woning een optie?

• Regel het zelf. Hierdoor kan je veel geld besparen doordat de verbouwingskosten dalen.

• Verdiep je in de verbouwing en in de producten. Hierdoor kan je makkelijker meepraten.

• Koop zelf materialen in via Internet.

• Let op aanbiedingen van producten.

8 Afwerking

Tips bij de verdere afwerking van uw woning
• Gebruik spaarlampen en hou hier rekening mee bij de aankoop van de armaturen. Koop toestellen met een A-label. U vindt de meest energiezuinige apparaten steeds terug via www.energielabel.nl

• Probeer de levensduur van de goederen te verlengen en herbruik materialen: hiervoor kunt u terecht in kringwinkels. Op deze manier voorkomen we dat de producten te vroeg in de afvalfase terechtkomen.

• Kies voor uw interieurstoffen bij voorkeur producten uit biologisch katoen of bio-linnen.

9 Financieel
Heeft u voor de verbouwing een verbouwdepot geopend, dat kunt u het geld dat daar in zit, gebruiken voor het betalen van facturen van aannemers en leveranciers maar ook voor het gebruik van materialen voor de afwerking van de verbouwing.

Hoe gebruikt u het verbouwdepot?
De facturen (nota’s) die u krijgt van de aannemer of leverancier mag u gewoon opsturen naar de geldverstrekker. De bedragen worden dan rechtstreeks uit het depot betaald aan de aannemer of leverancier. Als u zelf gaat klussen of spullen voor de afwerking bij de bouwmarkt gaat halen, dan moet u de rekeningen daarvan eerst zelf betalen. Maar via een declaratieformulier kunt u het geld weer terugkrijgen. De geldverstrekker stort het dan rechtstreeks terug op uw eigen rekening.

Contact met geldverstrekker
Omdat geldverstrekkers verschillende regels hanteren voor wat wel en niet gedeclareerd mag worden, adviseren wij u om eerst contact met hen op te nemen of het declaratieformulier goed te bekijken, voordat u daadwerkelijk iets declareert.

Geld over
Wanneer er na de maximale looptijd nog geld in het verbouwdepot zit, dan is het in veel gevallen mogelijk door het aantonen van de waarde met een nieuwe waardebepaling het restant uitgekeerd te krijgen. De geldverstrekker kan er ook voor kiezen om het restant te verrekenen met de hypotheek. De hypotheeksom wordt dan lager. Het geld is dan alleen niet meer beschikbaar.

Geld tekort
Als er aan het einde van de looptijd geld tekort is, moet u terug naar de geldverstrekker of hypotheekadviseur om het hele traject weer opnieuw te beginnen. Wanneer u een hogere inschrijving heeft, hoeft u in ieder geval niet meer terug naar de notaris.

10 Stukadoors
Het is niet eenvoudig om een stukadoor te vinden. Laat staan offertes te ontvangen. Bij wie moet ik zijn? Is het stukadoorsbedrijf vakkundig genoeg? U ziet door de bomen het bos niet meer. www.Stukadoorsbosch.nl biedt u de mogelijkheid om kosteloos offertes aan te vragen bij stukadoors uit uw omgeving. Tevens verstrekken wij via dit portaal informatie en interessante weetjes over het vak van de stukadoor. Laat u informeren en maak vrijblijvend gebruik van een legendarische service bij Stukadoorsbosch.
Want onze gespecialiseerde medewerkers staan borg voor
een foutloze, snelle afwerking.

Stukadoorsbedrijven steken veel energie in het maken van offertes. Over het algemeen wordt dit ook kosteloos verstrekt. Indien u een stukadoor vrijblijvend uitnodigt voor het opstellen van een offerte, is het verstandig om 2 of 3 stukadoors met elkaar te vergelijken. Wij adviseren u om een transparante en open begroting aan te vragen, hierdoor gaat vergelijken eenvoudiger. Dus niet alleen op basis van prijs, maar ook op basis van werkzaamheden en leveringsvoorwaarden. Tevens adviseren wij, indien u niet in zee gaat met een aanbieding, om dit schriftelijk danwel telefonisch aan het stukadoorsbedrijf te melden. Dit is wel zo beleefd, aangezien een stukadoor hier veel tijd aan heeft besteed.
Om een strakke afwerklaag aan te brengen op muren en/of plafonds, dien je echt het stukadoors-vak te beheersen. Een stukadoor beheerst alle mogelijke afwerktechnieken, waardoor ook een stuk sneller kan worden gewerkt. Buiten het beheersen van stuc-technieken, heeft een stukadoor ook speciaal gereedschap nodig. Voorbeelden van soorten gereedschap zijn onder andere vloerplakspaan, rubber schuurbord, stukadoorstroffel, paleerijzer, houten spaan, raapspaan, spackmes, rei, gips en spuitmachines. U ziet dat dit uiteenlopende hulpmiddelen zijn, waarbij vakkennis echt van belang is. Laat u niet verrassen en kies voor een echte stukadoor.

Normering voor stukadoorswerk
Hoe wordt de kwaliteit van stukadoorswerk beoordeeld? Daar zijn in Nederland normen voor die door het Bedrijfsschap Afbouw zijn vastgesteld.

BA-richtlijn 1.1:
Gipsgebonden plafondstucwerk op stijve pleisterdraagconstructies, bestaande uit houten of metalen regelwerk met stucplaten
Richtlijn voor het monteren van regelwerk en het aanbrengen van stucplaten voor verlaagde plafonds, en het afwerken ervan

BA-richtlijn 1.8:
Richtlijn voor het stukadoren van veestallen en dierendagverblijven met cementgebonden raap- en afwerklagen
Deze richtlijn geeft aan hoe schade aan stukadoorswerk in veestallen en dierendagverblijven kan worden voorkomen.

Oppervlaktebeoordelingscriteria stukadoorswerk binnen
Tabellenkaart met de beoordelingscriteria voor de vlakheid van met stukadoorswerk afgewerkte inpandige wanden. Versie 2010

Oppervlaktebeoordelingscriteria stukadoorswerk buiten
Tabellenkaart met de beoordelingscriteria voor de vlakheid van met stukadoorswerk afgewerkte buitenwanden.

Technish Informatieblad Verwerkingsadvies voor het schilderklaar opleveren van stukadoorswerk en gipskartonplaten
De Technisch Informatieblad geeft informatie over de testmethoden voor de beoordeling van schilderklaar opgeleverde ondergronden en tips voor de technische uitvoering van de ondergronden.

Tips
Wanneer je een verlaagd plafond plant bij welfsels, kan het bij de plaatsing van de welfsels interessant zijn om tussen de verschillende elementen houten latjes te plaatsen. Op die manier moet je niet in de welfsels boren.

11 Pleisterwerken en Afwerken
Pas als de wanden en plafonds afgewerkt zijn, kan je echt spreken van een thuis in plaats van een bouwwerf. Het pleisterwerk vormt de basis voor die afwerking en dat is allesbehalve een eenvoudige klus.
Controleer bij een renovatieproject altijd of het pleisterwerk nog in goede conditie verkeert. Als blijkt dat de kwaliteit van het pleisterwerk niet in orde is, zal je het moeten verwijderen om daarna een nieuwe afwerkingslaag aan te brengen. Dit kan je doen met hamer en beitel en vergt een zware inspanning.
Nat of droog
Voor de nieuwe afwerkingslaag heb je de keuze tussen nat pleisterwerk of een droge afwerking met gipskartonplaten. Een voordeel van deze laatste methode is dat er nauwelijks water aan te pas komt en je dus geen rekening moet houden met (lange) droogtijden zoals bij nat pleisterwerk. Je kan de wanden met andere woorden onmiddellijk afwerken.
Nog een voordeel is dat het aanbrengen van gipskartonplaten een karwei is dat je (met eventueel wat hulp) vlot zelf kan doen. Hierdoor kan je uiteraard flink wat geld besparen. Wel opgelet: als je zelf nat pleisterwerk kunt aanbrengen, ben je hiermee nog goedkoper af. Maar denk eraan: een mooi glad afgewerkte pleisterwand vergt vakkennis. Bovendien kan je het werk niet zo gauw onderbreken omdat je het aangemaakte pleister in één keer moet verwerken. Voor ‘zelfbouwers’ die ’s avonds na het werk nog even willen werken aan hun woning, is dit dus geen interessante optie.
Normen voor het pleisterwerk
BA-richtlijn 1.2:
Verwerkingsrichtlijn voor het aanbrengen van een gipsgebonden pleistersysteem op kalkzandsteen lijmblokken en kalkzandsteen lijmelementen
Deze richtlijn geeft aan hoe een gipsgebonden pleisterlaag met een goede en blijvende hechting op een ondergrond van kalkzandsteen lijmblokken of lijmelementen moet worden aangebracht

BA-richtlijn 1.5:
Verwerkingsrichtlijn voor het toepassen van een gekleurd kunstharsgebonden pleistersysteem binnen (sier- en/of spuitpleister)
Deze richtlijn geeft aan hoe bij een gekleurde sier- of spuitpleisterlaag een goede, blijvende hechting en een egale droging wordt bereikt.

12 schilderen
De afwerking en het schilderwerk van een woning zijn vaak de finishing touch die de sfeer en uitstraling bepalen. De keuze en de kwaliteit van de materialen maar ook de wijze waarop het werk wordt uitgevoerd, bepalen in hoge mate of een verbouwing geslaagd is. De constructieve delen verdwijnen achter behang of een mooi glanzende laag verf en komen hiermee ineens tot leven.

Synthetische verf en oplosmiddelen in de klassieke verven zijn erg belastend voor de gezondheid. Watergedragen verf is dan ook beter dan solventgedragen verf. Ook waterverdunbare verf is milieubelastend. Natuurverf bestaat voor het overgrote deel uit plantaardige of minerale grondstoffen. Deze bestanddelen breken in de afvalfase goed af. Natuurverf kunt u gebruiken voor muren, plafonds en aanverwanten.

Duurzame tip: Spoel rollen, emmers en kwasten met synthetische verven niet onder de kraan uit: bestanddelen zullen vroeg of laat in zee uitkomen. Zet de materialen in een potje met water en laat het verfwater verdampen.

Bescherming
Behang, verf en latex zijn niet alleen decoratief maar beschermen alle onderdelen van uw woning zowel binnen als buiten tegen weersinvloeden en geven vocht en zonlicht minder kans de kostbare onderdelen van uw woning aan te tasten.

Weersinvloeden
De meest voorkomende problemen van een woning hebben op één of andere manier te maken met weersinvloeden. Deze problemen kunnen vaak opgelost worden door het plaatsen van zonweringen tot het aanbrengen van isolerende beglazing, het gebruik van speciale kitapplicaties en het aanbrengen van ventilatieroosters. Voor elk vraagstuk kunt u uw vakman raadplegen.

Normering schilderwerk
BA-richtlijn 1.4:
Verwerkingsrichtlijn voor het behang- en schilderklaar maken met een pasteus kunstharsgebonden pleistersysteem
Deze richtlijn geeft aan hoe een blijvende hechting van een pasteus kunstharsgebonden pleistersysteem wordt gerealiseerd.

13 VLOEREN
Indien vloerverwarming wordt gebruikt deze de eerste zes-acht weken niet aanzetten na de verbouwing
Zorg ervoor dat de grond schoon, vlak en droog is. Zet over de hele lengte van de vloer houten balkjes vast. De balkjes mogen niet meer dan 30 cm uit elkaar liggen (afhankelijk van afwerking).

Snijd het isolatiemateriaal in delen die iets (1 cm) breder zijn dan de ruimte tussen de vloerbalkjes en klem de isolatie ertussen.

Voor de afwerking zijn OSB-platen heel geschikt. Ze vormen een duurzame onderlaag voor bijvoorbeeld laminaat of parket. Als de zolder niet of nauwelijks wordt gebruikt, is het ook een optie het isolatiemateriaal los op de vloer te leggen – dus zonder verdere afwerking.

In oude huizen komt het vaak voor dat tegelvloeren rechtstreeks op zavel of zand liggen. Dan is het redelijk eenvoudig om de oude vloer uit te breken met een koevoet of drilboor. Ligt de oude vloer op een dekvloer, dan hoef je deze niet noodzakelijk op te breken. Als je de nieuwe vloer op de bestaande vloer wil leggen, hou dan rekening met de deuren. Je kan het hoogteverschil wel enigszins opvangen door onderaan een stuk van de deuren te laten afzagen of frezen. De beste vloer bestaat niet. Kies een vloer in functie van je persoonlijke prioriteiten, je smaak en het beschikbare budget. Hou bij je keuze voornamelijk rekening met de duurzaamheid, onderhoudsvriendelijkheid, slijtvastheid en het comfort van de vloer.

14 Binnenschrijnwerk

Plafond
Voor de afwerking van een plafond zijn een handvol technieken beschikbaar. Welke methode het beste is voor je eigen bouwproject hangt af van de architecturale stijl van je woning, je eigen esthetische voorkeuren en uiteraard het voorziene budget. Handig bij renovatie zijn valse plafonds uit gipskartonplaten. Hieronder kan je elektriciteitskabels perfect wegwerken.

Trap
Wanneer je een nieuwe trap zal installeren, denk dan goed na over de plaatsing hiervan. Want de ruimte die ontstaat onder een trap hoeft geen verloren ruimte te zijn. Het kan een handige plaats zijn voor een kleine berging, een vestiaire, … Afhankelijk van het type trap dat je plaatst, beschik je over meer of minder ruimte. Een goed gepositioneerde trap kan zelfs een meerwaarde voor je interieur betekenen. Als de bestaande trap nog in goede staat is, kan een likje verf of een goede schuurbeurt al volstaan om de trap een nieuwe uitstraling te geven. Dit is natuurlijk ook goedkoper dan een nieuwe trap.

Binnendeuren
Binnendeuren hebben een belangrijke invloed op de sfeer in een kamer. Zijn de bestaande binnendeuren nog goed, dan kan je behouden en eventueel wat opfrissen met een laagje verf of andere klinken en sloten.
Wanneer een wand slechts tijdelijk is of wanneer de draagvloer niet berekend is op hoge gewichten, kan een scheidingswand ook in een lichtere structuur worden opgetrokken. Een verlaagd plafond kan soelaas bieden om een hoge ruimte te verkleinen of om een aftands plafond te verbergen.
- Draagstructuur
- Afwerkingsmaterialen

Tips
Wanneer je een verlaagd plafond plant bij welfsels, kan het bij de plaatsing van de welfsels interessant zijn om tussen de verschillende elementen houten latjes te plaatsen. Op die manier moet je niet in de welfsels boren.

15 Voorbeelden van klachtenbrieven
Herstel of vervanging van ondeugdelijk product

Van

[Afzender]
[Naam]
[Adres]
[Postcode en woonplaats]
[E-mail]

[Woonplaats, datum]

Aan
[Naam]
[Adres]
[Postcode en plaats]

Betreft: Herstel of vervanging van ondeugdelijk product

Geachte heer/mevrouw,

Op [datum aankoop] kocht ik bij u een [product]. Het betreft een [merknaam en type].

Het [product] functioneert niet zoals ik mag verwachten en vertoont de volgende gebreken: [opsomming gebreken].

Het [product] moet alle eigenschappen bezitten die nodig zijn voor normaal gebruik. Dit is nu niet het geval. Ik ben van mening dat deze problemen niet hadden mogen ontstaan, gelet op de ouderdom en de aanschafprijs van het [product].

Helaas is dit wel het geval en ik verzoek u vriendelijk de defecte onderdelen te repareren of te vervangen.

Ik verzoek u vriendelijk binnen twee weken schriftelijk te reageren op mijn brief.

Met vriendelijke groet,

[Uw naam en handtekening]

Voorbeelden van klachtenbrieven
Betaling onder protest

Afzender

[Naam]
[Adres]
[Postcode en woonplaats]
[E-mail]

Aan
[Naam]
[Adres]
[Postcode en plaats]

[Woonplaats, datum]

Betreft: Betaling onder protest

Geachte heer/mevrouw,

Op [datum] ontving ik van uw bedrijf een rekening. Ik ben het niet eens met deze rekening/de hoogte van deze rekening. U dreigt met invorderingsmaatregelen/weigert het product terug te geven/weigert de klus af te maken. [kies een mogelijkheid of vul zelf aan]

Hierdoor plaatst u mij in een onmogelijke situatie. Ik voel mij dan ook gedwongen om de rekening onder protest te betalen.

Het feit dat ik de rekening betaal, betekent echter niet dat ik het eens ben met de rekening/met de hoogte van de rekening. De reden dat ik het niet eens ben met deze rekening/met de hoogte van deze rekening is, omdat [kies een mogelijkheid of vul zelf aan]

• Ik heb met uw bedrijf geen overeenkomst gesloten
• Ik heb met u een andere prijsafspraak gemaakt, namelijk ...
• Ik vind dat u de reparatie/klus/opdracht niet goed heeft uitgevoerd
• Ik vind dat u de reparatie/klus/opdracht niet volgens opdracht heeft uitgevoerd

Ik verzoek u daarom ook om het betaalde bedrag/één deel van het betaalde bedrag [kies een mogelijkheid of vul zelf aan] ter waarde van EUR ... aan mij terug te betalen. U kunt het bedrag storten op rekeningnummer [schrijf hier uw rekeningnummer] ten name van [schrijf hier uw naam].

Ik verzoek u om een reactie binnen twee weken na datum van deze brief.

[Als de ondernemer/verkoper is aangesloten bij een brancheorganisatie, dan kunt u het volgende erbij vermelden] Mocht ik binnen deze twee weken geen antwoord van u krijgen, dan leg ik deze klacht voor aan De Geschillencommissie.

Met vriendelijke groet,

[Uw naam en handtekening]

Voorbeelden van klachtenbrieven
Herstel of vervanging van ondeugdelijk product binnen de garantieperiode

Afzender

[Naam]
[Adres]
[Postcode en woonplaats]
[E-mail]

Aan
[Naam]
[Adres]
[Postcode en plaats]

[Woonplaats, datum]

Betreft: Herstel of vervanging van ondeugdelijk product binnen de garantieperiode

Geachte heer/mevrouw,

Op [datum aankoop] kocht ik bij u een [product]. Het betreft een [merknaam en type].

U verleende garantie op de aankoop. Het [product] heeft niet de eigenschappen die nodig zijn voor normaal gebruik omdat [opsomming klachten]. Ik verzoek u vriendelijk de genoemde gebreken te herstellen, of het [product] te vervangen. Gezien de verleende garantie ga ik ervan uit dat er geen kosten zijn verbonden aan herstel of vervanging.

Als u van mening bent dat mijn klachten onterecht zijn, wijs ik u op de omgekeerde bewijslast die de verleende garantie met zich mee brengt.

Ik verzoek u vriendelijk binnen twee weken schriftelijk te reageren op mijn brief.

Met vriendelijke groet,

[Uw naam en handtekening]

Voorbeelden van klachtenbrieven
Ontbinding koop vanwege onmogelijkheid tot herstel/vervanging van het product

Afzender

[Naam]
[Adres]
[Postcode en woonplaats]
[E-mail]

Aan
[Naam]
[Adres]
[Postcode en plaats]

[Woonplaats, datum]

Betreft: Ontbinding koop vanwege onmogelijkheid tot herstel/vervanging van het product

Geachte heer/mevrouw,

Op [datum aankoop] kocht ik bij u een [product]. Het betreft een [merknaam en type].

Het [product] heeft niet de eigenschappen die nodig zijn voor normaal gebruik omdat [opsomming klachten]. Omdat herstel van de klachten of vervanging van het niet mogelijk bleek te zijn, heb ik het recht de koopovereenkomst te ontbinden. Hierbij ontbind ik dan ook de koopovereenkomst met betrekking tot [product].

Op korte termijn zal ik het product retourneren. Ik verwacht mijn aankoopbedrag dan terstond terug te ontvangen.

Ik verzoek u vriendelijk een en ander binnen twee weken schriftelijk aan mij te bevestigen.

Met vriendelijke groet,

[Uw naam en handtekening]

Voorbeelden van klachtenbrieven
Niet akkoord bijbetalen bij reparatie ondeugdelijk product

Afzender
[Naam]
[Adres]
[Postcode en woonplaats]
[E-mail]

Aan
[Naam]
[Adres]
[Postcode en woonplaats]

[Woonplaats, datum]

Betreft: niet akkoord bijbetalen bij reparatie ondeugdelijk product

Geachte heer/mevrouw,

Op [datum aankoop] kocht ik bij u een [product]. Het betreft een [merknaam en type].

Het [product] functioneert niet zoals ik mag verwachten en vertoont de volgende gebreken:
[opsomming gebreken]

U heeft aangegeven het [product] te willen reparen. Hiervoor moet ik EUR ... bijbetalen. Ik ben het hier niet mee eens. Het [product] moet alle eigenschappen bezitten die nodig zijn voor normaal gebruik. Dit is nu niet het geval. Ik ben van mening dat deze problemen niet hadden mogen ontstaan, gelet op de ouderdom en de aanschafprijs van het [product]. Ik vind dan ook dat u het gebrek/de gebreken kosteloos dient te repareren of mij een andere [product] aan te bieden.

Ik verzoek u vriendelijk binnen twee weken schriftelijk te reageren op mijn brief.

Met vriendelijke groet,

[Uw naam en handtekening]

Voorbeelden van klachtenbrieven
Overschrijding van de levertijd
Afzender
[Naam]
[Adres]
[Postcode en woonplaats]
[E-mail]

Aan
[Naam]
[Adres]
[Postcode en plaats]

[Woonplaats, datum]

Betreft: Overschrijding van de levertijd

Geachte heer/mevrouw,

Ik heb op [datum aankoop] een [product] bij u gekocht. Wij hebben daarbij het volgende afgesproken over de levertijd: [afspraken levertijd noemen].

[N.B. U moet kiezen uit de volgende drie opties afhankelijk van uw probleem:]

1 - U hebt de exacte leverdatum overschreden en bent daardoor in verzuim. Ik stel geen prijs meer op het [product] en wil de overeenkomst ontbinden. Graag ontvang ik binnen twee weken mijn aanbetaling van [bedrag] retour. U kunt het bedrag storten op [bank/gironummer] ten name van [uw naam] te [woonplaats].

2 - U bent binnen de afgesproken levertermijn in gebreke gebleven met levering. Ik verwacht het [product] binnen [nieuwe leveringsperiode]. Mocht u binnen deze termijn wederom niet geleverd hebben dan ontbind ik de overeenkomst en stel ik u bij deze aansprakelijk voor de hieruit voortvloeiende schade.

3 - U hebt binnen de afgesproken levertermijn niet geleverd en u bent hierdoor in gebreke gebleven. Ik heb u per brief d.d. [datum] een nadere levertermijn voorgesteld. Ook binnen deze levertermijn heb ik niets van u ontvangen. Inmiddels stel ik geen prijs meer op het [product] en ontbind ik de koopovereenkomst. Graag ontvang ik binnen twee weken mijn aanbetaling van [bedrag] retour. Ik verwacht daarbij opgeteld de wettelijke rente vanaf het overschrijden van de levertijd. U kunt het bedrag storten op [bank/gironummer] ten name van [uw naam] te [woonplaats].

[Eventueel toevoegen]

Voorts stel ik u bij deze aansprakelijk voor de hieruit voortvloeiende schade. Deze bedraagt [bedrag].
Ik verzoek u vriendelijk binnen twee weken schriftelijk te reageren op mijn brief.

Met vriendelijke groet,

[Uw naam en handtekening]

BIJLAGEN:

Tekst: Illegale arbeid

Voorkom hoge boetes bij illegale arbeid!
18-06-2009 - Een bedrijf dat werk uitbesteedt, kan er niet verantwoordelijk voor worden gehouden dat bij het ingehuurde bedrijf illegalen werken, bepaalde de rechter onlangs. De uitspraak lijkt zo logisch. Maar de Arbeidsinspectie laat het er niet bij zitten. Hoe ver moet de controlezucht gaan?

Stel, je geeft na je vakantie het geheugenkaartje van je camera af bij de fotograaf met het verzoek om van de daarop opgeslagen bestanden mooie kleurenafdrukjes te maken. Als je terugkomt om je foto's op te halen, word je in de boeien geslagen. De reden? Het bedrijf dat je geheugenkaartje heeft uitgelezen en er die mooie afdrukjes van heeft gemaakt, blijkt ten tijde van die klus een of meer illegalen in dienst te hebben gehad. En jij hebt verzuimd dat te controleren. Absurd, toch? Zo klinkt het wel, maar in ondernemersland is iets soortgelijks dagelijkse praktijk.

De pisang
De dagbladuitgevers kunnen er over meepraten. Zij maken al jaren gebruik van lokale distributiebedrijfjes voor het verspreiden van de kranten. En die huren op hun beurt weer mensen - scholieren en dergelijke - in om het laatste nieuws bij de abonnees in de bus te deponeren. Jaren ging dat goed. Tótdat de Arbeidsinspectie constateerde dat zich onder de tienduizenden krantenbezorgers enkele vreemdelingen bevonden voor wie geen werkvergunning was afgegeven. Leiden in last.

Niet de distributeurs, die de illegalen in dienst hadden, maar de dagbladuitgevers kregen van de Arbeidsinspectie een boete van acht mille opgelegd. De dienst motiveerde de opmerkelijke stap met de mededeling dat je als bedrijf aansprakelijk bent voor illegalen ingezet door bedrijven waaraan je werk uitbesteedt. Immers, zo redeneerde de overheidsdienst: de werkzaamheden worden uiteindelijk voor jou verricht en dat maakt jou beboetbaar voor deze illegalen.

Even zag het er naar uit dat de Arbeidsinspectie pas op de plaats zou maken. In een zaak aangespannen door de dagbladuitgevers oordeelde de rechter overduidelijk: de dienst was veel te ver gegaan met zijn interpretatie van de Wet Arbeid Vreemdelingen (Wav). De rechter ging niet mee met de stelling van de Arbeidsinspectie dat de werknemers van een bedrijf waarvan je diensten of producten afneemt die niet tot jouw eigen kernactiviteiten behoren, in feite ook voor jou werkzaam zouden zijn.

Als je zou moeten controleren of het bedrijf waaraan je bijvoorbeeld het onderhoud van je wagenpark hebt uitbesteed geen illegaal in dienst heeft, en je dus altijd het risico kunt lopen dat dit wél het geval is, zou volgens de rechter "geen normaal economisch verkeer meer mogelijk zijn." De rechter vond bovendien dat de wettekst en de informatie in folders en op de website van de Arbeidsinspectie onvoldoende houvast boden voor de uitleg die de dienst in dit geval aan de wetsbepalingen gaf.

Pech voor de dagbladuitgevers. De Arbeidsinspectie tekende direct beroep aan tegen het vonnis van de rechter. "Onbegrijpelijk", zegt de directeur van het betreffende distributiebedrijven.

Prikkeldraad
Het verhaal van de dagbladuitgevers markeert een nieuwe episode in de toch al moeizame verhoudingen tussen Arbeidsinspectie en bedrijfsleven. De bouw – een sector waar traditioneel veel deelwerk wordt uitbesteed aan onderaannemers – is een van de (andere) sectoren die al langer aanhikt tegen de zienswijze van de dienst. Een dienst waarvoor elke individuele illegale werknemer er – terecht - één te veel is.

Maar kun je het onheil wel voorblijven? Als je de verhalen van de betrokkenen hoort, is maar één conclusie mogelijk: nauwelijks. Want hoe controleer je de keten?

In de redenatie van de Arbeidsinspectie ligt de verantwoordelijkheid voor de controle van de veertigduizend bezorgers bij de dagbladuitgevers. "Zoiets is natuurlijk onuitvoerbaar", zegt de woordvoerder van een distributiebedrijf.

De concentratie van het werk op één locatie maakt het in de bouw net iets gemakkelijker om te voldoen aan de wensen van de Arbeidsinspectie, zegt een, medewerker van het overkoepelend orgaan van het bouwwezen. Zij adviseert aannemers bij bouwprojecten controles aan de poort te houden om te beoordelen of de papieren van medewerkers van onderaannemers in orde zijn. Maar honderd procent waterdicht is deze soort controles natuurlijk nooit te krijgen.

Want hoe streng kan de beveiliging van een werkplek zijn? Onwillekeurig dringt zich de vergelijking op met een strafkamp, voorzien van onneembare prikkeldraadversperringen en omgeven door wachttorens met strenge kampbewaarders.

"De praktijk is soms weerbarstig", erkent de controller bij een middelgroot bouwbedrijf met hoofdvestiging in Enschede. "Natuurlijk, de uitvoerder is verantwoordelijk voor de controle. Maar je weet hoe dat gaat. Het vergt veel tijd, met als resultaat dat er wel eens iets misgaat. En als de Arbeidsinspectie uitgerekend op zo'n moment langskomt is het kassa…"

Wat rest de vermeende schuldigen? De oplossing klinkt simpel: proberen de schade te verhalen op degenen die écht de fout zijn ingegaan. Maar in het geval van de dagbladuitgevers - met een groot aantal lokale distributeurs en veertigduizend bezorgers die allemaal maar een paar uurtjes per dag maken - wordt dat een lastige, zo niet onmogelijke klus.

In de bouw, met een veel bescheidener groep potentiële boosdoeners, lijkt het iets eenvoudiger. "Wij proberen de boete te verhalen op de verantwoordelijke onderaannemer. Als we geluk hebben kunnen we de boete verrekenen met openstaande facturen. Maar ideaal is het allemaal niet."

Bij het overkoepelend orgaan zoeken ze een deel van de oplossing in een stroomlijning van de papierwinkel. "We werken aan een aanpassing van de standaardcontracten voor aannemers, die het verhalen van boetes op hun onderaannemers gemakkelijker moet maken. Het is de bedoeling dat in die contracten een clausule komt die aannemers vrijwaart van de gevolgen van misstappen van hun onderaannemers. In afwachting van de komst van de gewijzigde standaardcontracten adviseren we aannemers zelf een clausule op te nemen in de contracten met hun onderaannemers."

Gevaarlijk
Het zou de Arbeidsinspectie sieren als zij een redelijker houding zou aannemen, daarover zijn alle betrokkenen het eens. Natuurlijk mag van een bedrijf verwacht worden dat het in geval van uitbesteding van werk controleert of het te maken hebt met een ordentelijk werkend bedrijf. Maar als het spel werkelijk zo hard wordt gespeeld als nu lijkt, zou dat betekenen dat ondernemers zich wel twee keer moeten bedenken voordat zij derden inhuren.

"Doorredenerend in de lijn van de Arbeidsinspectie zou de verantwoordelijkheid voor de inzet van mensen zonder de juiste papieren eigenlijk bij de abonnees moeten liggen. Kan je het je voorstellen?" Aldus een medewerker van een distributiebedrijf.

Als de redenering van de Arbeidsinspectie stand houdt, is dat potentieel gevaarlijk voor de hele Nederlandse economie. Er zijn veel meer sectoren waar hoofdzakelijk op freelance basis wordt gewerkt. Denk aan de schoonmaaksector. Die komen allemaal in de problemen."

Filosoferend over de gevolgen voor zijn eigen sector, schetst hij een waar doemscenario. "Als de huidige praktijk geen stand kan houden, betekent het dat we veertigduizend mensen een arbeidscontract moeten aanbieden voor kortdurende activiteiten. In dat geval krijg je te maken met allerlei vervelende neveneffecten. Neem zoiets als ziekteverzuim. Bezorgers zorgen nu zelf voor vervanging. Maar hoe regel je dat in de nieuwe situatie? En dan hebben we het nog niet over het kostenopdrijvend effect. Het zou voor ons de nekslag kunnen betekenen."

Hij hoopt dat het gezond verstand uiteindelijk zegeviert en dat ook de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State de dagbladuitgevers in het gelijk zal stellen. "Gebeurt dat niet, dan hebben de dagbladuitgevers, maar ook ondernemers in diverse andere branches, een groot probleem." Nog voor het einde van het jaar zal de zo vurig gewenste duidelijkheid er hopelijk zijn. Wordt vervolgd.

Tekst II

Wat is een Vereniging van Eigenaars?
“Een Vereniging van Eigenaars is een rechtspersoon die als taak heeft het beheer en het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en zaken van het appartementengebouw alsmede het behartigen van de gemeenschappelijke belangen van de eige- naars. Wettelijk is vastgesteld dat de eigenaars van appartementen binnen een gebouw een Vereniging van Eigenaars vormen. Iedere eigenaar wordt automatisch lid van de Vereniging van Eigenaars; dit lidmaatschap is niet opzegbaar, maar wordt beëindigd bij verkoop (na overdracht bij de notaris).”

Bij de koop van een appartement wordt juridisch het appartementsrecht gekocht. Dit appartementsrecht geeft de eigenaar het recht op het exclusieve gebruik van een privégedeelte. Daarnaast heeft de eigenaar het recht van gebruik van de gemeenschappelijke gedeelten van het gehele gebouw. U bent dan ook mede-eigenaar van het gebouw, en daarmee voor uw aandeel verantwoordelijk. Tevens bent u verplicht via de voorschotbijdragen bij te dragen in de gemeenschappelijke kosten. Deze bijdragen zijn periodiek, vaak maandelijks, aan de Vereniging van Eigenaars verschuldigd. Zo kan de vereniging op haar beurt weer de rekeningen betalen, zoals de kosten voor de verzekeringen, het onderhoud, de reparaties en het beheer. Daarnaast moet een deel gereserveerd worden voor toekomstig (groot) onderhoud.

Structuur van een Vereniging van Eigenaars

Een VvE heeft verschillende organen zoals:

Vergadering van Eigenaars
Het belangrijkste orgaan binnen de Vereniging van Eigenaars is de Vergadering van Eigenaars (meestal Algemene Ledenvergadering, ALV genoemd). De ALV moet minimaal één keer per jaar gehouden worden. De ALV beslist over alle zaken die de vereniging aangaan, of het nu gaat om het vaststellen van de voorschotbijdragen, de onderhoudsplannen of over de kleurstelling van zonneschermen.
Indien de besluiten van de ALV rechtsgeldig zijn genomen, zijn deze voor alle eigenaren bindend. Het is dus aan te raden om de jaarlijkse ALV bij te wonen of om iemand te machtigen, als u zelf verhinderd bent. Zijn er te weinig eigenaars aanwezig op de ALV om een rechtsgeldig besluit te nemen, dan kan de ALV een 2de vergadering uitschrijven. Op de 2de vergadering kan dan in beginsel een minderheid een beslissing nemen die dwingend aan de meerderheid opgelegd kan worden. Indien overigens het model splitsingsreglement 2006 van toepassing is, dient u er op te letten, dat in dat geval een ALV in de meeste gevallen ook besluiten kan nemen, indien er minder dan de helft van het aantal eigenaars aanwezig is (zelfs als er maar een paar eigenaars aanwezig zijn). Uw aanwezigheid op de ALV is dus des te belangrijker geworden.

Het bestuur
De wet stelt het benoemen van één of meer bestuurders verplicht. Het bestuur is het uitvoerende orgaan van de VvE. Het bestuur voert de genomen besluiten van de ALV dus uit. Tevens is het bestuur verantwoordelijk voor het opstellen van de begroting, het beheren van de financiële stukken, het uitschrijven van vergaderingen en het afsluiten van verzekeringen. De ALV benoemt en ontslaat het bestuur.
Het bestuur of de bestuurstaken mag/mogen worden uitbesteed aan een professionele bestuurder en/of beheerder.

Commissies
De eventueel aan te stellen commissies –ter ondersteuning van het bestuur – worden door de ALV benoemd. De kascommissie controleert de administratie van de vereniging en brengt hierover verslag uit aan de ALV. De technische commissie krijgt van de ALV meestal uiteenlopende taken toebedeeld, zoals: lampen verwisselen, ontvangen van aannemers, voorstellen voor het bestuur voorbereiden, etc.

Splitsing in appartementsrechten

De verhoudingen, regels, rechten en plichten die van toepassing zijn op de leden van de VvE, zijn vastgelegd in de akte van splitsing. Dit document heeft u van uw notaris ontvangen bij de aankoop van uw appartement. Vaak is er ook sprake van een huishoudelijk reglement. Dit stuk krijgt u van de makelaar of de notaris, maar in ieder geval van de administratief beheerder en/of bestuurder.

Akte van splitsing
De akte van splitsing ofwel splitsingsakte is het juridische fundament en is door de notaris opgesteld bij de oprichting van de VvE. In de akte van splitsing staat omschreven wat gemeenschappelijke en wat privé-gedeelten zijn en welk aandeel uw appartementsrecht heeft in de VvE. In de meeste gevallen is dit aandeel gebaseerd op de grootte van het appartementsrecht. Hieraan gekoppeld zijn meestal de stemverhouding en het aandeel in de gemeenschappelijke kosten. Dus meestal geldt: hoe groter het appartement, hoe groter uw stem en uw aandeel in de kosten.

Het Splitsingsreglement
Elke ‘gewone’ vereniging behoort statuten te hebben. Dat geldt dus ook voor de VvE. De statuten zijn te vinden in het splitsingsreglement. Het splitsingsreglement is de grondwet van de VvE. Het moet worden gezien als een totaal aan spelregels voor het functioneren van een VvE.

Modelreglement
Om het opstellen van een splitsingsreglement te vergemakkelijken en te bewerkstelligen dat de minimale eisen hierin worden opgenomen, heeft de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie een modelreglement uitgegeven. Er zijn vier versies: februari 1973 (witte kaft), november 1983 (blauwe kaft), januari 1992 (gele kaft) en januari 2006 (blauw/groene kaft).

Huishoudelijk reglement
Naast de van kracht zijnde splitsingsakte en het splitsingsreglement, kan iedere VvE zelf een huishoudelijk reglement opstellen. In dit reglement worden zaken van ‘huishoudelijke’ aard geregeld. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan het vastleggen van de kleurstelling van zonneschermen, regels over huisdieren, gebruik van de gemeenschappelijke ruimten en dergelijke. Deze regels mogen echter niet in strijd zijn met de wet, de splitsingsakte en het splitsingsreglement.

Het onderhoud van het appartementencomplex
Door middel van de periodieke voorschotbijdragen aan de VvE worden o.a. reparaties, schoonmaakwerkzaamheden, verzekeringen en liftonderhoud betaald.

Naast het dagelijkse onderhoud is het verplicht, dat een VvE anticipeert op toekomstig (groot) onderhoud. Op basis van een meerjarenonderhoudsplan kan inzichtelijk gemaakt worden wat de kosten in de toekomst zullen zijn. Aan de hand van dit plan dient een reservefonds te worden aangelegd, waaruit op termijn het (groot) onderhoud kan worden betaald.
Een goed onderhouden complex zorgt ervoor dat de waarde en de verkoopprijs van de appartementen zo gunstig mogelijk blijft. Natuurlijk is het ook prettiger wonen in een goed onderhouden appartementencomplex.

De financiën van een VvE
De bezittingen en schulden van een VvE staan vermeld op de balans. Het bestuur legt ieder jaar (tijdens de ALV) verantwoording af over de financiële positie van de VvE en stelt een begroting op voor het komende of lopende jaar. De begroting is de basis voor de vaststelling van de voorschotbijdragen. De bijdrage per eigenaar wordt bepaald op basis van het aandeel dat vastgelegd is in de akte van splitsing.

Verzekeringen
Eén van de eerste zaken die geregeld moet worden door een Vereniging van Eigenaars zijn de verzekeringen. Tot het moment van oplevering van het gebouw is de verkoper/projectontwikkelaar hier verantwoordelijk voor. Daarna dient de Vereniging van Eigenaars er zelf voor zorg te dragen dat het gebouw goed verzekerd is.

Verzekeringen die een VvE moet afsluiten:
• Opstalverzekering
• Aansprakelijkheidsverzekering

Verzekeringen die een VvE kan afsluiten:
• Glasverzekering
• Bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering
• Rechtsbijstandverzekering

Verzekeringen die een individuele eigenaar moet afsluiten:
• Glasverzekering (indien niet geregeld door de VvE)
• Inboedelverzekering

Het beheer van een VvE
Het beheren van een VvE is een tijdrovend karwei en bovendien moet de beheerder van vele markten thuis zijn. Voor het beheer kan worden samengewerkt met een VvE-beheerder. Deze partij kan zowel de administratie als het technisch beheer verzorgen. Ook is het mogelijk om deeldiensten door een VvE-beheerder te laten verrichten, waardoor de kosten beperkt blijven.

Overweegt u een verbouwing of stukadoorswerkzaamheden?

Download gratis de gids die u veilig door elke verbouwing loodst!

Download GRATIS

"Bouw-budget-plan" om Bouw-Verbouwingskosten te bijhouden.

Verbouwingstips